51 Kaarten met bewijskracht. Toen ik eenige jaren geleden beproefde, de grondslagen voor een volmaakt kadaster te ontwikkelen, deed ik slechts eene poging' om een vorm te geven aan het beelddat mij en ook velen mijner ambtgenooten reeds lang voor den geest zweefde, zonder mij daarbij veel te bekreunen over de kans eener spoedige toe passing. Want, al is een volmaakte toestand eerst in een verre toekomst bereikbaar, de schildering er van kan toch dienen, om met eenige zekerheid de richting te bepalen van den weg, die ter verbetering leidt. Thans heb ik mijnaar aanleiding der bedenkingendoor Mr, Achterberg geopperd, de vraag voorgelegd, of het streven naar de absolute rechtskracht eene geleidelijke ontwikkeling van het kadaster niet zou belemmeren of verijdelen. Nu schijnt de kans vrij gering, dat het beginsel der absolute rechtskracht reeds spoedig door onze juristen en wetgevers zal gehuldigd worden. En ook, al was dit wel het gevalzou toch een langdurig overgangstijdperk voor de invoering van een rechtsgeldig kadaster noodig zijn. Met eene degelijke algeheele vernieuwing zou allicht een menschenleeftijdstel eene halve eeuw, verloopen. In mijn ontwerp nam ik buitendien voor elke gemeente, na de afkondiging van het vernieuwde kadaster, nog een tijd van 25 jaren aanbinnen welken men tegen de uitkomsten der meting bij den rechter kon opkomen. Kan men zich gedurende een overgangstijdperk een kadaster denken, dat geen rechtskracht, maar toch voldoende bewijskracht bezit, om zich duurzaam staande te houden, zonder wijziging in de beginselen van ons burgerlijk recht? Eene vraag, van actueel belang, die waarschijnlijk menigeen Uwer zich reeds heeft gesteld en ten vorigen jare in anderen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1887 | | pagina 55