80 Het onderzoek geschiedt met de hand, en ter regeling zijn aan de ramen s doelmatige schroeven aangebracht. 6°. Moeten de meetrollen en rondsels nauwkeurig rond en centrisch bewerkt zijn, en 7°. De tanden der rondsels en der linialen regelmatig gesneden zijn en de juiste afmetingen hebben. Het instrument kan met betrekking tot deze beide voorwaarden gelijktijdig onderzocht worden, door na te gaan, of langs de geheele uitgestrektheid der getande kanten van de linialen, de aflezing op de meetrollen, bij een gelijk aantal omdraaiingen der micrometer, schroeven, dezelfde blijft, en of de afstanden der punten, met de piquoirs in het papier gedrukt overeenkomen met eene juist ver deelde lengtemaat. 8°. Moeten de piquoirs zuiver centrisch bewerkt zijn, en de beweging in de hulzen zonder speling geschieden. Bij ronddraaiing der piquoirs in de hulzen moeten de punten steeds op dezelfde plaats blijven. Tegen speling wordt gewaakt door de veerende koperstrookjes w. (zie fig. 2, 3, 4 en 5.) 9°. Moeten de piquoirs op de juiste onderlinge afstanden geplaatst zijn, en 10°. De lijnen, gaande door de punten der piquoirs I en II, III en IV, evenwijdig zijn aan de insnijdingen op het ordinaten- liniaal. 11°. De lijnen, gaande door de punten der piquoirs I en III, II en IV, evenwijdig zijn aan de insnijding op het abscissen- liniaal. 12°. De insnijdingen op de beide linialen loodrecht op elkander staan. De afstanden der piquoirpunten I en II, III en IV worden on derzocht, door de ordinatenwagen met gebruikmaking van den meetrol H juist vier decimeters te verplaatsen; correctie geschiedt door de schroefjes k, k en 1, 1. (zie fig. 2, waar slechts een der schroefjes k zichtbaar is, en fig. 4). Evenzoo worden de afstanden der punten van de piquoirs IVII en IIII onderzocht door ver-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1887 | | pagina 84