5 eeuw onzer jaartelling. Ze zijn door afschriften voor ons bewaard gebleven en doen ons den toestand en inrichting van het Rom. Kadaster der Koloniën en Staatseigendommen volledig kennen. De handschriften werden vervaardigd in den tijd dat de groote opmetingen nog in vollen gang waren; later toen deze een einde hadden genomen, ontbrak de practische leerschool voor de vorming van landmeters. De studeerende jeugd leerde het landmeten uit de handschriften, schreven deze klakkeloos af zonder ze geheel te begrijpen, en verminkten ze dikwijls tot onkenbaar wordens toe. Aan Goesius en de Duitsche geleerden Blume, Lachmann, en Mommsen, komt de eer toe, ze weer in hunnen oorspronkelijken vorm hersteld te hebben. De geschriften van de eerste meesters in het landmeten wortelden in den bodem van een werkzaam en bedrijvig leven en zijn daarom in eenvoudigen stijl, doch in nauwkeurige, duidelijke taal geschreven. De schrijvers Frontinus, Balbus, Hygynus enSiculus Flaccus waren wel geen klassieken, maar door hunne practische bekwaamheid meer nog dan hunne theoretische kennis, gaven zij aan hunne werken den onmiskenbaren stempel van helderheid en bruikbaarheid. Van al deze schrijvers is Sextus Julius Frontinus wel de meest ontwikkelde. Hij was Rom. Patriciër, en schreef behalve de geodetische werken nog werken over waterbouw en krijgskunde. Op hem volgt Balbus 2) een militair landmeter, die in den Dacischen oorlog, een jaar lang onder de legerscharen van Keizer Trajanus en Domitianus streed. Na zijn terugkeer schreef hij zijn werk, dat eene verzameling der eerste wiskundige begrippen bevat met aanwijzingen over de manier van meten. Hygynus, een der bovengemelde autoren uit de handschriften- Sextus J. F. was bevelhebber over het leger in Brittannie onder Keizer Vespasianus en Domitianus. Hij had in 97 onder keizer Nerva het opper bevel over de waterwerken te Rome, was driemaal Consul en stierf in 106. Zie Poggendorfï Handwörterbuch bl. 812 Bruns, Fontes enz bl. 242 enz. Lachmann, Grom. veteres bl. 1 tot 58 I enz. Lachmann, Grom. veteres, Balbus bl. 131—136 II.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1888 | | pagina 11