140 voerd, dan moeten verschillende instrumenten gebezigd worden, bijv. eens passer en schaal en eens de pool-planimeter of de glastafel (een rechthoekig geslepen stuk glas, waarvan de onderzijde in quadraten van één vierkante millimeter is verdeeld.) Voor perceelen met zeer onregelmatige grenzen mogen beide berekeningen met den pool-planimeter verricht worden. Voor het richtig gebruik van dit instrumenten van de glastafel evenals voor alle andere rekenwijzen zijn voorschriften en voorbeelden gegeven.1) Na afloop der beide perceelenberekeningen vergelijkt men de uitkomsten met elkander. De perceelen, bij welke het verschil grooter is dan: a 0,01 V 50 F -j- 0,02 F2 (a en F in aren.) worden door een derden rekenaar nogmaals berekend, zonder de beide andere uitkomsten in te zien. Ter vergelijking vermelden wij hier, dat bij de onlangs (1S87) gegeven voorschriften in Wurtemberg 2) de grenswaarden der verschillen tusschen twee inhoudsberekeningen zijn bepaald naar de formules: I. bij vlak terrein a 2,5 VF 0,075 F. II. bij middelmatig terrein a 5 VF -+- 0,075 F. III. bij bergachtig terrein a 7,5 |/F -I- 0,075 F (aen F in aren.) 1 Anw. VIII S. 205 bis 258. 2) Zeitschr. f'. Verm. XVII S. 127.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1888 | | pagina 146