209 punt 2. Authentieke akte; punt .3. Inschrijving der cessie; punt 17. Periodieke vernieuwing, kant en klaar op het menu der Commissie tasten wij toe, te lang reeds stond de spijs op tafel! Indien wij dit alles hadden, zou ik wel dankbaar maar toch niet vol daan zijn. Mijn punten brengen onder uw aandacht in de 2e plaats een drietal stellingen, die uitbreiding geven aan wat de Commissie wilde. Ik noem u daaronder punt 4. Stelde zij zich tevreden met de bepaling, dat de volmacht schriftelijk moet zijn, ik acht het wenschelijk, elke andere vertegenwoordiging dan die krachtens wettelijke bevoegdheid uit- tesluiten of zij moet steunen op een overgelegde volmacht. Wij heb ben het gezien bij de toepassing van het nieuwe art. 1240, hoe de bepaling haar geheele strekking verliest, indien niet de twee door mij gestelde eischen aan die der Commissie worden toegevoegd. Zoo wensch ik in punt 16, wat de Commissie voorstelde omtrent de verantwoordelijkheid der bewaarders geregeld en beperkt te hebben als ik deed, in de meening, dat ik daardoor een billijker regeling in het leven riep. Eindelijk wordt in art. III van het ontwerp der Commissie een nale zing gehouden op het burgerlijk wetboek. Deze komt hierop neer, dat bij elke bepaling, waardoor derden in aanraking kunnen komen met zakelijke rechten op vast goed, aangeteekend wordt, dat zij tegen hen alleen kan worden ingeroepen, waDneer die bepaling is openbaar gemaakt. Doelmatiger komt het mij voor een algemeene bepaling in het burger lijk wetboek op te nemen, die in het begin van het 2e boek behoort geplaatst te worden en vaststelt, dat elke beperking of regeling van den eigendom krachtens overeenkomst, alleen tegen derden werkt, indien zij blijkt uit overschrijving eener acte. Dit is ook de zin van het woord der CommissieWat niet is overgeschreven kan niet tegen derden werken. Bij een dergelijke bepaling spreekt het van zelf, dat bijv. uitsluiting van huwelijksgemeenschap de vaste goederen niet buiten de gemeenschap brengt vóór dat omtrent die onroerende goederen de huwelijksvoor waarden zijn overgeschreven ;j dat een ontbindende voorwaarde bij een contract gemaakt tegenover een derde niet geldt, tenzij zij door open baarmaking ter kennis van derden gebracht zij, en dat zoo dikwijls de actie tot nietigverklaring niet het gevolg is van een beding maar enkel X) De volle verantwoordelijkheid voor den Staat is het eenig deugdelijk stelsel. A. v. E. Tijdschrift Kadaster 1888. .14

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1888 | | pagina 215