20 Over verdere hulpmiddelen voor opmeting van de kommen der gemeenten, voor bijhouding van grensveranderingen van geringen omvang enz. behoeft thans niet te worden uitgeweid. Om te doen uitkomen, welke groote beteekenis de driehoeks meting, ook voor de bijhouding, kan verkrijgen, laten wij hier eenige toelichtende cijfers volgen. Laat ons veronderstellen, dat de middelbare fout van een hoek na de vereffening der primaire driehoeksmeting, welke thans in voorbereiding is, minder bedraagt dan 1" en de zijden gemiddeld 25 a 30 kilometer lang zijn. Onder den eersten rang moeten dan ook begrepen worden die punten, welke, zonder tot den ketting ten behoeve der graadmeting te behooren, dienen om opengebleven gedeelten van het Rijk aan te vullen of om een geleidelijken over gang te vormen tot de secondaire driehoeksmeting. Wij kunnen ons verder de driehoeksverbindingen ten behoeve van het kadaster voorstellen als volgt 2e rang, zijden gemiddeld lang 9 KM., midd. fout 2''. Voorts verdere driehoeks- of trigonometrische, hulp- en poly- goonpunten, midd. fout 10 a 20". Daar een hoek van 1" bij een straal van 1 kilometer eene booglengte heeft van ten naastenbij centimeter, ziet men reeds uit eene oppervlakkige becijfering, dat de ligging van een punt der kadastrale driehoeksmeting ten opzichte der omringende tot op weinige centimeters na bepaald is. Wordt de plaats van ieder driehoekspunt zorgvuldig zoodanig verzekerd en vastgelegd dat eene eventueele verplaatsing kan geconstateerd worden, dan geeft het geheele samenstel van drie- Men hechte aan deze cijfers niet te veel eene reëele beteekenis, men kan hunne verhoudingen eenigszins wijzigen, de conclusie, die wij er uit willen trekken, blijft dezelfde. Evenmin leide men uit het bezigen van de uitdrukking „middelbare fout" af, dat wij eene consequente toepassing der methode k. q. ook voor lagere rangen zouden wenschen. Qe <3 A," 11 1* 11 11 11 11 11 ii ii ii 1 ii ii ii 8

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1888 | | pagina 26