2
toen af ontstond voor het dal van den Nijl een volledig Kadaster
wellicht het oudste bekende, dat door koninklijke beambten en
dorpsschrijvers werd bijgehouden. Iedere gouw had bovendien
een koninklijk schrijver, die de domeinzaken beheerde en de be
langen van den Staat tegen de bevoorrechte en oppermachtige
priesterkaste had te verdedigen.
Uit een door den Duitschen professor Dr. Eisenlohr ontdekten
en vertaalden Papyrus, Rhind genaamd, blijkt ook, dat de toe
gepaste meetkunst reeds lang vóór het jaar 1700 v. C. beoefenaars
vond. Deze Papyrus werd door een schrijver met name Aahmesu,
naar een geschrift van ouderen datum afgeschreven en bevat de
leerwijzen voor het rekenen met benoemde en onbenoemde groot
heden benevens de gronden der werkdadige meetkunst. Als
bijzonderheid zij hier vermeld, dat het getal x hierin voor
komt, 3.1604. Behalve deze Papyrus zijn nog opschriften
gevonden in den Tempel van Horus in Opper-Egypte, die 10 eeuwen
jonger zijn. Uit deze inschriften blijkt, dat de werkdadige meetkunst
in dit groote tijdsverloop eer achter- dan vooruitgegaan is. We
treffen daar toch als inhoudsformule voor den willekeurigen vierhoek
met zijden a a o o, aan 1 - X
Terwijl voor de theor. beoefening der mathematische weten
schappen wiskundigen opstonden als Pythagoras, Euklides, Plato
en Erathosthenes, werd de beoefening der toegepaste meetkunst
verwaarloosd; men gebruikte door onkunde en gemakzucht oude
benaderingsformules als de opgegevene.
KühnBeitrage zur Verfassung enz.
E. Stöber, Röm. Grundsteuer bl. 4 Miinchen 1877.
Rudorff, Gromat. Institut. bl. 283 no. 16. Berlijn 1852.
Soutendijk. De kadastr. Boekhouding bl. 280. Tiel 1881.
Cantor, die Röm. Agrimensoren Leipzig 1875.
E. Stöber Röm. Grundsteuer bl. 5, als voor.
,7 t a -f- a b -t- b,
2 2