103
mocht ondergaan in welke plaats die ook werd gemeten, steeds moest men
daarvoor dezelfde lengte 36 duim 8'/2 streep vinden.
Dat dit niet het geval is, en bijgevolg de lengte van den slinger niet
als algemeene maat kan gebezigd worden weten w ij thans met zekerheid,
in den tijd echter toen Picard zijne graadmeting verrichtte geloofde men
nog aan de bolvormigheid der aarde en was alleen de meening uitgesproken
omtrent de veranderlijkheid van de slingerlengte op verschillende breedten
zonder dat die veronderstelling door voldoende bewijzen was gestaafd.
Dertig jaren lang heeft men zich dan ook van de door Picard voorgestel
de maat bediend.
Nog ruim honderd jaren echter zouden er moeten verloopen alvorens het
denkbeeld eene blijvende algemeene maat aan de natuur ontleend te bezitten,
verwezenlijkt zou worden.
Sourdon in Picardie en Malvoisine op de grenzen van Gastinais en Hure-
pois 32 mijlen van elkaar verwijderd welke plaatsen bijna op den zelfden
meridiaan gelegen waren oordeelde Picard geschikt om als eindpunten voor
zijnen te meten boog te dienen.
Nadat hij zich overtuigd had dat zij door een net van driehoeken met den
grooten weg van Villejuive tot Juvisi konden verbonden worden, een weg
die in rechten lijn aangelegd zonder eenige aanzienlijke oneffenheid geschikt
was om voor basis van het driehoekennet te dienen.
Om dezen weg te meten bezigde hij houten latten van twee toisen lengte.
Met die latten is de afstand van het midden van den molen van Villejuive
langs den grooten weg tot aan het paviljoen van Juvisi tweemaal gemeten,
welke afstanden achtereenvolgens 5662 toisen 5 voet en 5663 toisen één
voet bedroegen.
Als basis voor de berekening van het net nam hij khet ronde getal 5663
aan; het geheele net werd voorts gecontroleerd door eene tweede basis van
3902 toisen op de zelfde wijze als de eerste gemeten.
Ten einde het verschil in breedte te bepalen tusschen Malvoisine, Sourdon
en Amiens koos Picard de ster „Cassiopea" (e) die ongeveer 28'46" na de
poolster in den meridiaan kwam.
Voor het verschil in breedte van Malvoisine en Sourdon bepaald met een
sector van 10 voet straal, voorzien van een kijker van dezelfde lengte vond
hij lellm57s en voor dat van Malvoisine-Amiens ls22m58s.
De lengte van den meridiaanboog Malvoisine-Sourdon bedroeg 68430 toisen
3 voet bijgevolg was één graad gelijk aan 57064 toisen 3 voet, door verge
lijking met de breedte van Amiens en de daarvoor gevondene lengte van
den boog 78850 toisen werd de gemiddelde lengte van den graad van den
meridiaan aangenomen op 57060 toisen.
Door latere waarnemingen is gebleken dat Picard zich eenige secunden in
den boog vergist heeft, door een gelukkig toeval echter werd deze dwaling