186 den wensch, de bebouwde en geeigende gronden in geregeld rechtsbeheer te brengen, ook andere middelen nam zij daartoe te baat. Dat het tegenwoordig nog in Amerika veel toegepaste land-grant systeem haar niet onbekend was, bewees het plakaat van 30 October 1682 waarbij aan Vincent van Mook, drost ten platten lande be westen de groote rivier, vergunning werd verleend tot het graven eener gracht van Batavia naar Tangerang, thans nog bekend onder den naam van Mookervaart, waarbij o. m. werd bepaald dat aan hem zou worden afgestaan het nog niet uitgegeven land ter weder zijde van de gracht, tot op een afstand van 300 roeden aan beide zijden. Nog eene andere bepaling ter bevordering de raanvragen omland hebben wij hier te vermelden. Men herinnert zich, dat in 1649 was bepaald (pl. van 4 September) dat alle woeste gronden in de omstreken van Batavia, reeds afge staan of nog af te staan, bij den eersten verkoop vrij zouden zijn van de betaling van het recht van overschrijving. Sedert nu aan het collegie van heemraden de bevoegdheid was geschonken gronden te verkoopen, deed zich de vraag voor, of deze afstand van gronden moest worden beschouwd als den eersten verkoop, bij het plakaat van 1649 bedoeld en of dus bij den eerst volgenden overgang recht verschuldigd wss. Het collegie van schepenen beantwoordde deze vraag ontkennend en bepaalde bij plakaat van 9 October 1687 dat de toekenning van land tegen betaling, door heemraden, niet mocht beschouwd worden als den eersten verkoop van dat land, maar dat als zoodanig alleen mocht beschouwd worden de werkelijke eerste verkoop, door hem, die zulks van heemraden had verkregen. Reeds onder het bestuur van den opvolger van Camphuys, den Gvr Grl W. van Outhoorn trad echter eene reactie in tegen de milde plakaten, daareven vermeld, en die werkelijk uitgifte van lan derijen in grooten getale schijnen bewerkt te hebben. De regeering toch overwoog, dat reeds zoovele landen aan par ticulieren waren uitgegeven en „aangetaxeert", dat het overblijvende land wel eens voor den dienst de Cie noodig zou kunnen zijn. Zij bepaalde daarom, bij pl. van 7 Mei 1696, dat het collegie van heem raden zonder voorkennis en vergunning van de Hooge Regeering

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1889 | | pagina 208