250
reeds ongeveer V5 gedeelte van het geheele aantal gemeenten aan
gewezen, dat aantal neemt steeds toe, want de gebrekkige grondslag
der oude plans maakt eene geregelde bijhouding onmogelijk, zoodat
het zoogenaamde oplappen zich gaandeweg over het geheele Rijk-
zal moeten uitstrekken, en dus het geheele kadaster worden vernieuwd.
Want „hermeten" beteekent vernieuwen op de oude veroordeelde
grondslagen.
De 20 millioen wordt dus in elk geval besteed en wel in een
tijdperk van een halve eeuw, indien men aanneemt, dat de beste
kaarten nog zoolang aan de minimum-eischen kunnen voldoen. In-
tusschen vermindert de waarde van de eerst hermeten gemeenten
weder, ten gevolge van de gebrekkige grondslagen; men kan dus
aan het vernieuwen blijven. Zij, die in de kosten een onoverkome
lijk bezwaar zien, moeten er daarom consequent toe komen om te
eischen, het kadaster af te schaffen naarmate het onbruikbaar wordt;
een onmogelijke eisch!
Wat nu de deskundigen, blijkens de vergadering der Vereeniging
voor Kadaster en Landmeetkunde, ten vorigen jare gehouden, een
stemmig x) verlangen, is niet, dat alle kadastrale minuutplans gaande
weg worden vernieuwd dit is een ijzeren noodzakelijkheid
doch dat de voorgenomen hermetingen worden uitgevoerd volgens
betere grondslagen (zie Tijdschr. bl. 81 h 85 en 173 h 182) ook
ten behoeve van de zekerheid van den grondeigendom, zoodat lang
zamerhand, zonder meer kosten een kadaster met bewijskracht wordt
gevormd, dat duurzaam kan bijgehouden worden, en dus ook op
den duur goedkooper is. Wel is waar zullen sommige werkzaamhe
den voor zulk een kadaster meer kosten veroorzaken, doch in menig
ander opzicht kan daarbij tijd en geld worden bespaard.
Door de opmaking van een kadaster met bewijskracht wordt niets
geprejudicieerd omtrent de verdere ontwikkeling van ons Burgerlijk
recht op onroerende goederen, doch wel de invoering bevorderd, hetzij
van een verbeterd negatief- hetzij van een grondboek- of van eenig
ander stelsel. Die invoering zou eveneens bevorderd worden door
maatregelen ter verbetering van de hypothecair-kadastrale boekhouding.
Blijkbaar zijn er geene deskundigen, die eene andere meening zijn toe'
gedaan, althans wagen zij zich niet aan eene openbare gedachtenwisseling.