24 kon. Ty ge Brahe en Hevelius brachten het met zeer groote instrumenten niet veel verder. Het is dus begrijpelijk, dat S n e 11 i u s de amplitudo van zijn meridiaanboog 3', dat is 4 te groot vond. Maar deze onzekerheid kon hem zeiven niet onbekend zijn, en hij had er op behooren te wijzen. Veel grooter nog was de fout, die S n e 11 i u s moet begaan hebben bij de bepaling van het azimut Leiden's Hage, Op het balkon (dak) van zijn huis O, fig. 3 bepaalde hij het azimut van onderscheidene torens, o. a. van het Leidsche stadhuis 9°3' (N t O) en van 's Hage 53°18'(west van het zuiden.) Daaruit berekent hij voor het azimut zijner primaire driehoekzijde LH 52°21'44", terwijl uit de waarnemingen van Krayenhoff op de saaihal, gereduceerd tot het stadhuis 54°34' volgt. S n e 11 i u s zegt niets over zijne methode, alleen dat hij zijn best deed om nauwkeurig te zijn. Ik weet van zijne kolossale vergissing geene verklaring te geven. S n e 11 i u s heeft alleen met platte trigonometrie gerekend (zie blz. 9.) Het ware ook geheel overbodig geweest als hij bij de be rekening der driehoekzijden het spherisch exces enz. gebruikt had. Maar de convergentie der meridianen, die van A tot L en B respec tievelijk 12' en 21' bedraagt, had hij in aanmerking mogen nemen. Voor de afstand AB en het azimut dezer lijn is gevonden door: Snellius in 1617: 34710,6 R en 11°26'2" verbeterde meting (1620): 34626,2 R en H°6'20" Snellius en M u ss c h e n b r o e k 34952,5 R en 10°51'57", terwijl uit de waarnemingen van Krayenhoff volgt: 130440 M 34660 R en 14°4'. Snellius vond in 1617 met zijne eigene poolshoogten voorde lengte van 1° tusschen A en L 28510 en tusschen A en B 28473 R. De verbeterde meting met dezelfde poolshoogten 28488 en 28513 R. Musschenbroek komt uit A en B tot 29514,23 R. 2) r) Aannemende, dat de Waagtoren te Alkmaar 144 M. zuid en 417 M. oost van de kerkwaar Snellius observeerde, gelegen is. J) Dit had 74 R kleiner moeten zijn wegens het verschil tusschen de p patsen waar de poolshoogte bepaald is en de gelijknamige primaire punten. Voor de poolshoogte van B neemt Muss. 51°28'47" dit had 54" of 56 moeten zijn.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1889 | | pagina 28