29
ghesien en is gewest, gemaeckt bij Gemmam Frisinm. Zeven capit-
telen. De opdracht is gedateerd Antwerpen 31 Jan. 1533, en ge
richt aan Thomasyne Bombelli, groot coopman ende
mecenas der geleerden.
In capiitel 1 verklaart Gemma wat hij onder „hoecken der
ghelegentheyt" (azimuts) verstaat. Dan beschrijft hij hoe men zelf
een hoekmeetinstrument vervaardigt: een cirkel in geheele graden
verdeeld en een „wijser met cleijnen pinnekens en gaetkens om
daer deur te siene," hetwelk „geset wordt na de vier hoecken der
werelt met een scippers compas" (het magnetisch noorden lag toen
in Nederland ongeveer 15" O.) „Wilt ghy nu een heel lantschap
„beschrijven, so klimt op den hoochsten toren der stadt daer ghy
„beghinnen wilt, en ondersuect de ghelegentheyt van allen omlig-
ghenden plaetsen. Daer na reyst tot een ander stadt en doet
daer ook also, totdat alle de plaetsen die ghy beschrijven wilt twee-
mael in u gesichte comen, ende dat ghy van allen den steden twee
linien der ghelegentheyt hebt." Tot eenen exemple neemt hij
Brabant, en als waarnemingsstations Antwerpen en Brussel, van
waaruit gemeten2) Gendt (100° en 151"), Lier (300° en 223'),
Mechelen (8° en 223°), Leuven (356° en 284°), Middelburg (120° en
147°) en Bergen op Zoom (160° en 189".) Tot het in kaart bren
gen trekt men op het papier de meridiaan en de lijn Antwerpen
Brussel in hare ware richting (25°) en beschrijft om beide stations
een cirkel, waarna de vizierstralen en hunne snijpunten geteekend
worden. Weet men nu de afstand van twee punten, b. v. Antwerpen
tot Mechelen 4 mijlen, dan is de afstand van alle plaatsen op
de kaart uit te meten. „Ghebuert altemet" dat een plaats ligt op
Gemma heeft nog een ander hoekmeetinstrument uitgevonden, den
eertijds beroemden „astronomijnschen Rinck", welke hij in een tweede
aanhangsel beschrijft.
Deze rinck gebruikt hij o. a. om de hoogte van een ongenaakbaren toren
te meten, door aan de einden van een basis de cotangenten (umbra recta)
b
der elevatiehoeken te meten. Ti t=t—r
Cot u Cot u
Hij verwijst in dit tweede aanhangsel naar het eerste.
2) Gemma wil niet „dat yemant meyne dat hij hier warachtige azimuts
stellen wil." De opgegeven hoeken zijn dan ook meerendeels 20° 30° te groot.