79 Art. 42. Sterk werd door sommige leden in twijfel getrokken, of de som van f 400,000, uit te keeren in termijnen, waarvan thans de eerste op de begrooting voorkomt, wel goed besteed is. De triangulatie der commissie zou dan toch weder door de kadastrale ambtenaren moeten worden uitge werkt, wat vele jaren en schatten kosten zoude zonder evenredig nut, daar in de gemeenten veelal de triangulatie voldoende correct is. Men wilde dus den Minister aanraden zich jegens de commissie niet te verbinden. Memorie van Antwoord. VIIde Afd: 3°. Wanneer het particulier werk door de landmeters uit sluitend in hunne vrije uren werd verricht dan zou het inderdaad onbillijk zijn, dat anderen dan die het werk deden het loon ontvangen. Dat werk wordt echter ook verricht in den tijd waarin de landmeters anders voor het Rijk zouden behooren te werkenterwijl hun dienstwerk geheel of gedeeltelijk door anderen moet worden gedaan. De hier besproken regeling is juist in het leven geroepen om de vroeger bestaande onbillijkheid weg te nemen, dat de inkomsten van het particuliere werk van den eenen, soms jeugdigen, ambtenaar aanzienlijk meer beliepen dan voor een anderen zooveel ouder in dienst. De ondergeteekende wil echter gaarne, zooals hij ook aan de andere Kamer heeft medegedeeld, nader overwegen, in hoeverre het wenschelijk en uitvoerbaar zou zijn om de opbrengst van het particulier werk der landmeters in 's Rijks kas te storten en aan de ambtenaren, welke thans in het genot zijn van die gelden, toelagen te verleenen. Art. 42. Het is den ondergeteekende niet recht duidelijk, wat bedoeld wordt met de opmerking dat de driehoeksmeting der commissie door de kadastrale ambtenaren moet worden uitgewerkt. De bewuste driehoeksmeting is een op zich zelf staand werk, van welks uitkomsten niet alleen voor het kadaster, maar voor elke meting van eenigen omvang kan worden gebruik gemaakt. De uitkomsten zullen daarvan te zijner tijd door den druk openbaar gemaakt worden. Eene algemeene hermeting voor het kadaster behoeft er niet het gevolg van te zijn. Die hermetingen voor het kadaster welke moeten plaats hebben, zullen er intusschen door bekort en minder kostbaar worden. Bij de openbare beraadslaging in de Eerste Kamer werd over deze onder werpen niet gesproken.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1889 | | pagina 85