a 141 belanghebbenden, soms nadat dezen de nieuwe grens weder gewijzigd hebben, waar blijft dan de zekerheid, dat de voor de akte vastge stelde en de later opgemeten grens dezelfde is? Aan de meting kan dan geene bewijskracht worden toegekend. Niet altijd behoeven de perceelen vóór het passeeren der akte te worden vernummerd de bijvoeging van eene plattegrond bij de akte of de vermelding daarin, dat de grootten der perceelsgedeelten berusten op officiëele meting welker resultaten reeds vóór de toepassing op de plans tot het kadastraal archief behooren moet voldoende zijn. In sommige gevallen is voorafgaande vernummering bepaald ondoenlijk, bijv. bij veilingen, als kavels gecombineerd verkocht of niet gegund worden. Wil men echter volstrekt eene latere aanvulling der akte, men stelle zich dan tevreden met eene ambtelijke verklaring van den notaris, die thans reeds buiten partijen om voor de juiste ver melding in de akte der kadastrale indeeling verantwoordelijk is. Het bezwaar, dat de kosten der meting in sommige gevallen te hoog zouden worden, kan gemakkelijk worden ondervangen. Ook de Staat heeft belang bij eene goede boekhouding en eene nauw keurige bijhouding van de kadastrale plans en kan dus tegen geringe vergoeding, of zelfs kosteloos, metingen doen verrichten. Neemt de Staat de verantwoordelijkheid voor het werk des be waarders en des landmeters gelijkelijk op zich, dan kunnen in 't vervolg inschrijvingen op gedeelten van kadastrale perceelen alléén bij de betrokken nieuwe nommers worden aangeteekend. De arbeid der Staatscommissie bleef ongebruikt. Slechts werd bij de wet van 5 Juni 1878 Stbl. 89 en 90 tot de algemeene ver nieuwing der hypothecaire inschrijvingen besloten, en daardoor aan de verwarring in de boekhouding tijdelijk tegemoet gekomen. In- tusschen is thans de toestand alweder allertreurigst! Van hoeveel belang de voorstellen der Staatscommissie mogen zijn, de bewering, dat zij diep zouden ingrijpen in ons burgerlijk recht, is m. i. van overdrijving niet vrij te pleiten. Zondert men de voorgestelde vernietigende kracht der doorhaling uit, dan zou het stelsel blijven wat het is, alleen iets aangevuld en verbeterd. Zelfs de inrichting der boekhouding zou in hoofdzaak onveranderd blijven. Het algemeen beginsel, dat het stelsel beheerscht: zake- l^ll i-v K 7 *~V A S? /Ur *'H S'i&r

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1890 | | pagina 147