177 Bij die verkenning valt in het algemeen op te merken, dat verschillende van de kerktorens, die indertijd door den generaal Krayenhoff voor de metingen gebruikt zijn en later ook door wijlen prof. Stamkart als hoekpunten werden gebezigd, ongeschikt bleken te zijn voor metingen met die nauw keurigheid zooals thans vereischt wordt, en dat vele van de richtingen die vroeger vrij waren, dit thans niet meer zijn. Het gevolg hiervan was dat verschillende hoekpunten door andere vervangen moesten worden, waartoe soms een langwijlig onderzoek noodig was, zonder dat men nog is kunnen komen tot een definitief net voor de metingen. Op verschillende punten moest daarom het onderzoek voorloopig gestaakt worden, om eerst na te gaan hoe het verdere gedeelte van het net zou worden, daar het anders wellicht bij de voortzetting van het net zou blijken dat de gedane keuze van hoekpunten weer nieuwe bezwaren zou opleveren. Men is daardoor alleen kunnen komen tot een voorloopig ontwerp, waarin verschillende punten nog nader onderzocht moeten worden. In Noordholland werd Alkmaar, dat onbruikbaar bleek te zijn, voorloopig vervangen door Castricum en Nieuwe Niedorp, waarbij tevens de punten Hoorn en Medem- blik konden vervallen en waardoor in het noordelijk gedeelte der provincie een vrij goed net verkregen werd. Alleen de aansluiting naar het zuiden is nog niet voldoende verkregen, daar de toren van Haarlem voor de metin gen ongeschikt bleek te zijn. Wellicht zal daarvoor in de plaats moeten komen een punt in de duinen bij Haarlemmaar het onderzoek daarvan moest worden uitgesteld totdat men eenigszins op de hoogte was van de wijze waarop het net meer zuidwaarts zou worden voortgezet, want het was te voorzien dat zich aldaar moeilijkheden zouden voordoen, vooral bij Leiden. Dit bleek werkelijk het geval te zijn; in Leiden zijn de verschillende torens niet bijzonder voor de metingen geschikt en van de punten van waaruit gemeten kan worden zijn de omliggende punten niet zichtbaar. Met de sterrewacht is dit ook het geval, doordien men van daar het uitzicht naar het noorden geheel mist. Daarom werd in de nabijheid van Leiden naar een geschikt punt uitgezien en als zoodanig voorloopig aangenomen de toren van Noordwijk, die voor de metingen goed is in te richten en die op zeer gunstige wijze verbonden kan worden met Amsterdam, Utrecht en Rotterdam. Van Rotterdam uit kan, behalve met de bovengenoemde punten, de ver binding zeer goed verkregen worden met Gorinchem en Breda of Oosterhout aan de eene zijde, met Brielle of Goedereede aan de andere zijde. De verbinding van een van de twee laatstgenoemde punten aan de eene zijde met Noordwijk, aan de andere zijde met Oosterhout of Breda, is echter nog niet verkregen, waardoor de keuze tusschen die twee punten nog niet kon plaats hebben. Ook in Zeeland werden verschillende punten gevonden die op gunstige wijze zoowel met Goedereede als met Brielle verbonden kunnen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1890 | | pagina 183