245
waard zijn, kan men gerust zeggen, dat zij voor goed verloren, en door
gaans alleen door onder linge schikking weer terecht te brengen zullen zijn.
Verscheidene nieuwe overeenkomsten, als uitvloeisel van gevoerde
processen of van minnelijke schikking, zijn reeds gesloten en daar
van zijn de grenzen door het kadaster zoodanig opgemeten en in
het archief bewaard, dat deze voor de toekomst verzekerd zijn.
Nu blijft nog ter bespreking over de 44e der catagoriën waarin
wij bij den aanvang den rechtstoestand verdeelden.
Deze bestaat in het recht van erfpacht voor 75 of minder jaren,
tegen betaling van een jaarlijkschen canon per bahoe.
De niet in cultuur gebrachte gronden behooren, krachtens de
van Vorsten overgenomen soevereiniteitsrechten, aan het Goeverne-
ment*, dat er naar willekeur over beschikt. Doch waar die willekeur
wordt uitgeoefend door een wijs Bestuur, moet de beschikking ge
schieden volgens de regels eener verstandige politiek en gezonde
oeconomie, waarbij billijkheid, bevordering der algemeene welvaart
en productiviteit voor de schatkist hand aan hand gaan. En die
heeft men getracht te verkrijgen door eene uitvoerige wettige
regeling dezer aangelegenheid, neergelegd in de zoogenaamde
Agrarische wet'
Daarbij werd, zooals vroeger reeds is gezegd, den inlander de
gelegenheid geopend om zijn bezitrecht te converteeren in argra-
risch eigendom en daardoor te brengen onder legaal beheer.
Daarbij werden ook vaste voorwaarden gesteld, waarop door
Europeanen woeste gronden in erfpacht konden worden verkregen
welker exploitatie zoowel den zonen van het moederland als de
bevolking van Java ten goede zou komen.
Deze gronden, meestal deel uitmakende van de ongerepte bosschen
en wildernissen, zijn in den regel alleen geschikt voor stapelpro
ducten voor de Europeesche markt als: koffij, thee, kina, cacao,
enz. Zij worden uitgegeven in uitgestrektheden van 50 tot 500
bahoes, tegen eenen canon, die, naar den aard der gronden, de ge
legenheid tot vervoer enz. variëert tusschen 1 en 10 per bahoe.
De canon gaat pas in 6 jaar na de uitgifte; terwijl 10 jaren na die
uitgifte voor het eerst verponding wordt geheven.
Voor de vestiging van het recht van erfpacht, was en is ook