23
en andere terreinen, voor den publieken dienst bestemd, duidelijk
moeten aangeduid worden.
Ieder meerderjarig burger behoort, volgens het ideaal van Torrens,
zijne eigen zaken te kunnen behandelen. Alle akten mogen dan
ook in onderhandschen vorm, bijv. door invulling der gedrukte mo
dellen, worden opgemaakt, doch de echtheid der handteekening en
de vrije wil (bekwaamheid) van vervreemder of schuldenaar moeten,
bij eene verklaring op de akte, worden erkend door den directeur,
door een notaris, den kantonrechter (justice of the paece) of andere
daartoe bij de wet bevoegd verklaarde openbare ambtenaren of wel
door een attesteerenden getuige ten overstaan van een dezer amb
tenaren. 2)
Door deze legalisatie worden alleen de identiteit en de bekwaam
heid van den vervreemder of den schuldenaar buiten twijfel gesteld,
doch geenszins zijne bevoegdheid.
Ten einde rechtshandelingen van onbevoegden te weren, alsmede
om rechten, van den eigenaar verkregen door erfopvolging, door
overeenkomst of op andere wijze, reeds vóór de boeking tegen derden
te doen werken,, dient een stelsel van „caveats"
„Lodge caveat" is het doen van verbod aan den directeur, „enter
caveat" liet aanteekenen van verzet in het grondregister tegen
boeking van rechtshandelingen van onbevoegden, of ter openbaar
making en beveiliging van verworven rechten, waartoe ieder belang
hebbende bevoegd is 3). Kwam er een deurwaarder bij te pas, dan
zouden wij spreken van „exploit doen."
Een verbod of verzet kan zonder tusschenkomst van ambtenaren,
desverlangd door invulling van een gedrukt formulier, worden opge
maakt, en moet o. a. behelzen: naam en adres (domicilie) van den
opposant, eene omschrijving van het onroerend goed en van het
beweerde recht. De directeur geeft er bij ontvangst een volgnommer
aan, vermeldt dit op het betrokken artikel en geeft er per aange-
R. P. A. South Austr. sect. 101; Queensl. sect. 119.
2) R. P. A. South Austr. sect. 267 270; Queensl. sect. 115, 116; id.
Amendment act sect. 5.
3) R. P. A. South Austr. sect. 71 IV, 102,105,191Queensl. sect. 98,100.