92
de overeenkomst blijkt, is geoorloofd doch niet vereischt; de grond-
boekrechter maakt van de vestiging een protocol op.
Alle andere overgangen dan die door vrijwillige overdracht, bijv.
door erfopvolging, boedelmenging, onteigening, openbaren verkoop
en landverlegging hebben plaats volgens de regelen van het materiëele
recht, doch het recht tot vervreemding of bezwaring verkrijgt de
eigenaar eerst door de inschrijving 1), zooals reeds bij de bespreking
der Torrens-wet werd opgemerkt. Deze inschrijving en ook die
van hypotheken en andere zakelijke rechten, alsmede de doorhaling
ervan geschiedt uitsluitend op de mondelinge of schriftelijke aan
vraag (Antrag) van belanghebbenden of, in bepaalde gevallen, van
eene bevoegde overheid (zustandige Behörde.) 2) Schriftelijke aan
vragen, met de akten, waarop zij gegrond zijn en de volmachten 3)
moeten gerechtelijk of notariëel opgemaakt of voor echt erkend
(beglaubigt) 4) zijn, ten einde de indentiteit en bekwaamheid (niet de
bevoegdheid) der handelende personen boven twijfel te stellen. Nota
rissen hebben voor het doen van aanvragen geen volmacht noodig
indien in de door hen verleden of gelegaliseerde akten het verzoek
of de toestemming van belanghebbenden om inschrijving of door
haling voorkomt. 5)
Boeking van erfgenamen ab intestato volgt op grond eener ver
klaring van erfrecht (Erbbescheinigung) van den bevoegden rechter
(Nachlaszrichter). Berust het erfrecht op een testament of ,,Erb-
vertrag" dan moeten bovendien die documenten of gelegaliseerde
uittreksels daaruit overgelegd worden. 6)
De gezamenlijke erfgenamen kunnen tot de vestiging worden toe
gelaten, zonder ingeschreven te zijn 7). Bij voortzetting der ge
meenschap tusschen de langstlevende echtgenoot en de kinderen
moeten de laatsten als medeëigenaren geboekt worden. Boedelmen-
G. E. G. 5.
2) G. E. G. 14, 19, 53, 58; G. O. 71, 99; Oberneck, S. 45, 46.
3) G. O. 37.
4) G. O. 33; Schiffner 97, S. 59; Burckhard, S. 357.
5) Förster, S. 60.
6) G. O. 39, 40, 51.
G. E. G. 5.