94
Het negatieve beginsel luidt: Tegenover derden bestaan rechtens
geene andere zakelijke rechten, dan die in het grondboek vermeld
zijn. (Princip der Vollstandigkeit.)
De verkrijger kan dus volstaan met de inzage van het grondboek,
alle verder onderzoek is overbodig. Zelfs de akten, protocollen,
aanvragen enz., krachtens welke de boekingen plaats hadden, behoeft
hij niet te raadplegen. In tegenstelling van hetgeen we bij het nega
tieve stelsel zagen, is het onderzoek in een oogwenk afgeloopen en
geeft daarenboven volstrekte zekerheid.
De öffentliche Glaube beschermt echter alleen dengene, die onder
bezwarenden titel en te goeder trouw 2) (gegen Entgeit und im
redlichen Glauben G. E. G. 9) verkrijgt krachtens een rechterlijk
bevel tot inschrijving of krachtens een vonnis. In het ontwerp van
een burgerlijk wetboek voor Duitschland is het vereischte van een
bezwarenden titel niet overgenomen en dat der goede trouw beperkt.
Het ontzegt den verkrijger alleen dan de bescherming der öffentliche
Glaube, indien hij op het oogenblik der verkrijging „die Thatsachen
gekannt hat, aus welchen sich die Nichtübereinstimmung des Grund-
buches met der wirklichen Rechtslage oder das Verauszerungsverbot
ergiebt." 837) Ook de Pruisische wet G. E. G. 4 veronderstelt
geen kwade trouw in den verkrijger, die wist dat een ander reeds
vóór hem recht op vestiging had verkregen, indien dit niet uit het
grondboek blijkt. 3)
Fórster, S. 42. Schiffner, 108/ Exner, S. 5.
Enkele zakelijke rechten werken zonder boeking tegen derden, zooals som
mige erfdienstbaarheden, de wettelijke rechten van voorkoop, huur enz.
(Achilles, S. 56; G. E. G. 12).
2) Burckhard, S. 320; Schiffner 109 S. 86.
3) Sommige schrijvers (bijv. Burckhard, S. 321) meenen dat er kwade
trouw moet verondersteld worden bij een lateren kooper, die wist dat de eige
naar de zaak vroeger verkocht, doch niet overgedragen had, waardoor zij
eene rechtsbetrekking trachten te scheppen tusschen de twee koopers, zooals
vroeger het Pruis. Allgem. Landrecht deed (Recht zur Sache). De meeste
schrijvers echter (bijv. Achilles, S. 18, 40) beschouwen de tegenwoordige
regeling in Pruisen, waarbij tusschen persoonlijk en zakelijk recht strenger
on .erscheid wordt gemaakt, en den eersten kooper slechts eene persoonlijke
vordering tegen den verkooper wordt toegekend, als de meest gezonde.
J- p i jff