135 bijgewoond door de leden der permanente commissie: generaal Ibanez uit Spanje, presidentprof. Hirsch uit Zwitserland, secretaris; kolonel v. Zacha- riae uit Denemarken, Faye uit Frankrijk, generaal-majoor Ferrero uit Italië, ridder v. Kal m dr uit Oostenrijk, prof. Fo er ster en prof. Helm er t uit Pruisen, en ons medelid Van de Sande Bakhuyzenverder door de heeren Haid uit Baden, Hennequin uit Belgie, Bassot, Defforges, Tisserand, Bouquet de la Grye en Lallemand uit Frankrijk, Carusso uit Griekenland, Rümker uit Hamburg, Nell uit HessenDarmstadt, d'Avila uit Portugal, Morsbach en Albrecht uit Pruisen, en ons medelid Schols. Het eerste wetenschappelijke verslag werd uitgebracht door prof. Helmert over de werkzaamheden van het centraal-bureau. In de eerste plaats sprak hij over de berekening van de groote lengte-graadmeting langs den breedte cirkel van 52° door Rusland, Duitschland, België en Engeland, welke berekening bijna was ten einde gebracht. In de tweede plaats deelde hij de uitkomsten mede van de waarnemingen ter bepaling eener verandering in de poolshoogte, welke, ingevolge van eeii besluit der permanente commissie in 1888 te Salzburg genomen, te Berlijn, Potsdam, Straatsburg en Praag waren volbracht. Volgens een voorloopig verslag, op de algemeene vergadering te Parijs in 1889 uitgebracht, kon men uit de waarnemingen gedurende de periode Januari 1889Juni 1889 geene verandering der poolshoogte afleiden, doch uit het uitvoerige te Freiburg ingediende rapport bleek, dat de reeksen van waarne mingen, welke na dien tijd te Berlijn, Potsdam en Praag volbracht waren, vrij aanzienlijke afwijkingen vertoonden, welke Helmert alleen door eene verandering der poolshoogte meende te kunnen verklaren. Deze verandering zou dan hoogstwaarschijnlijk een gevolg zijn van eene standverandering van de omwentelingsas van de aarde in de aarde zelve, waardoor de polen aan de oppervlakte van de aarde jaarlijksche verplaatsingen zouden ondergaan tot een bedrag van minstens 15 meters. Ten einde de waarheid van deze meening te toesten, werd voorgesteld eene wetenschappelijke expeditie te zenden naar Honolulu, op een der Sandwichs- eilanden, dat 180 lengtegraden van Berlijn verwijderd is. Was de gegevene verklaring de juiste, dan zou men uit de aldaar volbrachte waarnemingen eene verandering der poolshoogte moeten afleiden, juist tegengesteld aan die welke men gelijktijdig voor Berlijn zou vinden. Wegens het groote belang dezer zaak werd eene commissie benoemd, welke daarover aan de vergadering van advies moest dienen. Verschillende ledeu dezer commissie waren van oordeel dat men bij volle erkenning van de uit muntende wijze waarop de waarnemingen waren ingericht, door gemis van de oorspronkelijke gegevens niet in staat was over de betrouwbaarheid der uit komsten volledig te oordeelen, en dus te beslissen of werkelijk eene verandering

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1891 | | pagina 147