137
in rekening te brengenhet zou echter van veel belang zijn ook bij de be
rekening der gemiddelde waterhoogten hier te lande eene correctie voor den
invloed van den wind aan te brengen, zoo daarvoor door het meteorologisch
instituut de noodige gegevens werden verstrekt.
De heer Lallemand, secretaris der Fransche commissie voor de water
passingen, gaf een bericht over den stand van de waterpassingen in Frankrijk
en van de aansluitingen aan de waterpassingen in andere landen, vooral met
het oog op de gemiddelde hoogte der verschillende zeeën. In tegenstelling
van hetgeen men vroeger meende, was het hem gebleken dat de gemiddelde
hoogte van de Adriatische Zee, de Middellandsche Zee, de Atlantische Oceaan,
het Kanaal, de Noordzee en de Oostzee slechts enkele centimeters verschillen,
welke verschillen zeer goed door fouten in de waterpassingen en de gemeten
waterhoogten kunnen worden verklaard, zoodat men uit een practisch oog
punt de gemiddelde oppervlakte der genoemde zeeën mag beschouwen als in
één niveauvlak te liggen.
Ten slotte besprak de secretaris de ook tot ons gouvernement gerichte
uitnoodiging van de Italiaansche regeering, om deel te nemen aan een con
gres ter bespreking van de wenschelijkheid om den meridiaan van Jerusalem
als eerste meridiaan aan te nemen. De meerderheid der permanente commissie
sprak hierbij als haar gevoelen uit dat het wenschelijk was vast te houden
aan het vroeger te Rome genomen besluit, de meridiaan van Greenwich als
eerste meridiaan aan te nemen. Ons medelid Van de Sande Bakhuyzen,
hoewel dit gevoelen deelende, verklaarde zich tegen de behandeling van dit
punt als in deze vergadering niet passend, daar het hier betrof eene uitnoo
diging tot bespreking van een onderwerp langs diplomatieken weg van de
eene regeering tot de andere gericht, waarmede de commissie voor de aard
meting niet was in kennis gesteld.
Werkzaamheden der Commissie. De werkzaamheden der Commissie hadden
in 1890 betrekking op
de primaire driehoeksmeting;
de secundaire driehoeksmeting
de lengte- en breedtebepalingen
de getijwaarnemingen.
Primaire driehoeksmeting. De werkzaamheden voor de driehoeksmeting
werden evenals het vorige jaar door twee ploegen van ingenieurs voortgezet.
De eene ploeg, bestaande uit de heeren Hk. J. Heuvelink en J. A. Van
Eyk Bijleveld, werd belast met de voortzetting der verkenning en het in
richten van de stations, de tweede ploeg, bestaande uit de heeren N. Wilde-
boer en J. F. Quant, met de metingen eerste orde.
Zooals reeds in het verslag van het vorige jaar vermeld werd, waren voor
het bouwen van de signalen op den Flierenberg bij Nijmegen en ter plaatse
van het vroegere observatorium van Kraijenhoff op de Veluwe, alsmede