195
langen van den heer H e s s e 1 s te hebben voldaan zoodat hij in overweging
geeft de gelegenheid tot debat thans open te stellen.
De voorzitter gaat hiertoe over, het verslag geeft tot geen discussie aanleiding,
Volgt het programma:
1°. Als bewijs van algemeene ontwikkeling en voorbereidende studie wordt
gevorderd het diploma van het eindexamen der Hoogere Burger
scholen met vijfjarigen cursus.
De heer Engelmann vraagt het woord, hij acht de eisch te concreet en
wenscht aan dat punt uitbreiding te geven.
De heer Boer repliceert dat hij oorspronkelijk dat bezwaar deelde, men
mag echter niet vergeten dat men zonder eene H. B.S. te bezoeken het
diploma kan halen. Het is bovendien de bedoeling dat een vergelijkend
examen zal worden afgenomen indien het aantal candidaten grooter blijkt te
zijn dan het aantal plaatsen, het zwaartepunt van dat examen zal dan gelegen
zijn in de vakken die voor het kadaster op den voorgrond treden.
Den heer Engelmann voldoet dat antwoord niet, het diploma geeft
volgens hem geen waarborg, en dat op grond der groep-verdeeling bij het
eindexamen gebruikelijk; het afgelegde examen kan voor wiskunde slecht
zijn geweest.
De heer Bar en broek oordeelt het bezwaar van den heer Engelmann
denkbeeldig, wat wij vragen is algemeene ontwikkeling, de wetenschappelijke
waarde van het diploma laat ons in zoover onverschillig, dat wij meer hechten
aan den waarborg van beschaving en algemeene ontwikkeling die er in ligt
opgesloten.
Wie te licht zou worden bevonden voor wiskunde, zou later aan 't overige
van het programma moeilijk kunnen voldoen; het diploma gymnasium, mhet
debat genoemd, past volgens spreker minder in ons kader.
2°. Wiskunde.
a. De lagere wiskunde benevens de rechtlijnige en bolvormige driehoeks
meting volledig.
b. De beginselen der analytische meetkunde van het platte vlak en in de
ruimte.
c. De hoogere algebra tot en met de ontwikkeling der exponentiale, gonio-
metrische en logarithmische function.
d. Eenige kennis der differentiaal- en integraalrekening, voornamelijk in
betrekking tot eenvoudige algebraïsche en transcendentale function.
De heer Ge ijl vraagt: waartoe onder a lagere wiskunde geeischt, waar
reeds gevraagd wordt het diploma der H. B. S.