66 van Delambre geeft de spherische excessen van meetbare driehoeken met eene nauwkeurigheid, die niets te wenschen overlaaf. Het zij mij daarom vergund om de reductie van spherische hoeken tot koordenhoeken hier nog eens te bespreken. De genoemde flater was mij des te onaangenamer, omdat ik het onderstaande reeds lang te voren had uitgewerkt. Zij ABC een boldriehoek met zijn koordendriehoek'; M het middel punt van den omgeschreven cirkel en O zijn pool het snijpunt van het boloppeïvlak en de loodlijn in M op den hoor dendriehoek opgericht). Laat uit M loodlijnen MD en M G op de koorden AB en AC neer, en uit O de bogen O D' en O G' loodrecht op de bogen AB en A C. Dan hebben de bolvierhoek A D O G' en de platte vier hoek A D M G ieder twee rechte hoeken, terwijl de platte hoek D M G gelijk is aan den spherischen hoek D' O G' want de raak lijnen m O aan de bogen O D en O G' zijn evenwijdig aan D M en G M). De som der hoeken van A D' O G' is 360 E; die van A D M G is 360°. Het verschil y van den spherischen hoek A en den koordenhoek A is dus streng gelijk E, dat is het spherisch exces (of den inhoud) van den bolvierhoek A D' O GBij meet bare driehoeken mag men hiervoor ook I de inhoud van den platten vierhoek nemen, het verschil bedraagt hoogstens 0",001. Nu is I b2. Cot. B r2. Cot. C b* Cot. (B—C) c2 Cot. (B—C) ,V {b2—c*) [Cot. i (B-C) tg (B—C)] (b cj tg I A ys bc2Cot. [A(2) Want Z>2 Sin.2 C Sin. (B—C) c2 Sin.2 B Sin. (B—C) of b2 [Cot. B—Cot. (B—C)] c2 [Cot. C Cot. (B—C)]. Deze vergel. (2) stemt overeen met die van Delambre injrg. V blz. 300 gegeven. Verder is ook: I f £2Cot. B c2Cot. C— c (Sin. B Cos B -t- Sin. C 8 Sin. B SmC Cos. C) - b c Sin. A =\t>c Sin. A (1 Cot. BCot. C) f (1 Cot. B Cot. C)(3^ waarin =r de inhoud of spherisch exces van den geheelen driehoek ABC.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1891 | | pagina 76