4
klachten, nog vermeerderd door de omstandigheid, dat de vroeger
bestaande belasting onder den naam van „beeden" en die bestemd
was door de „verponding" te worden vervangen, daarnevens bleef
bestaan. Bovendien namen de klachten toe door de ongelijkheid,
welke in de verdeeling der verponding, zoo tusschen de verschillende
eigenaren, als tusschen de verschillende gemeenten bestond en die,
in het langdurig tijdverloop, sedert de instelling dier belasting, schrik
barende verhoudingen had aangenomen.
Deze klachten namen langzamerhand zoodanig in omvang toe, dat
de Raad van State, die in naam van de Unie het opperbestuur uit
oefende over de Generaliteitslanden, bij besluit van 31 December 1787
aan de feodale kamer, welke zitting had te 's Hertogenbosch en die
eene soort van intendance over de Meierij uitoefende, opdroeg te
onderzoeken, of de omslag dezer belasting aan herziening diende te
worden onderworpen.
Nadat de kamer door hare rapporten het bestaan der bezwaren
had bevestigd, gaf de Raad van State last, bij Resolutie van 18
November 1790 en 22 Februari 1791, om gegevens te verzamelen,
die tot vorming van een beteren grondslag zouden kunnen dienen.
Gelukkig begreep men terstond dat het doel niet zou kunnen worden
bereikt zonder de kohieren geheel te vernieuwen, en dat dus eene voor
afgaande perceelsgewijze meting van het terrein noodzakelijk was.
De Raad van State keurde het voorstel goed, en gelaste het op
maken van een kadaster en het opmeten der gronden op den 7ea
October 1791.
Na kennisneming van dit besluit gaf men den bewoners der
Meierij hiervan kennis en deed daarbij duidelijk uitkomen, dat het
doel met was de opbrengst der belasting te verhoogen, doch alleen
de vastgestelde som op billijker grondslag over de eigendommen
te verdeelen.
Op deze wijze wist men zich van de medewerking der eigenaren
en der regeeringspersonen te verzekeren.
Men verzamelde kaarten, registers en staten van de kadasters
welke hier en daar bestonden en koos na rijp beraad dat stelsel,
dat men het eenvoudigst en meest volmaakt achtte.
Door een zeer drukke briefwisseling tusschen den Minister en een
der leden van de feodale kamer werd bewerkt dat de voorstellen
