121 krachten dan thans, om de daaruit voortvloeiende werkzaamheden op de eenvoudigste en spoedigste wijze uit te voeren. De door ons voorgestelde reorganisatie stelt dus een corps van 100 landmeters en 100 teekenaars en klerken beschikbaar voor de vernieuwing van het kadaster. Men zal waarschijnlijk zeggen dat met dit personeel de vernieu wing over eene halve eeuw misschien nog niet voltooid zal zijn. Toegegeven. Maar wat wij wilden aantoonen is, dat desnoods zon der verhooging der Staatsbegrooting op den langen duur die ver nieuwing kan worden tot stand gebracht. Natuurlijk zal het wenschelijk zijn, die vernieuwing in een korter tijdvak te voltooien, daartoe het personeel uit te breiden en eerst tegen het einde van dat tijdvak langzamerhand weer in te krimpen. Doch zoolang men daartoe niet wil overgaan zou toch reeds met de bestaande middelen een krachtig begin gemaakt kunnen worden. I. Boer Hz.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1892 | | pagina 131