DE FRANSCHE COMMISSIE VOOR HET KADASTER.
In de eerste zitting van de fransche kadaster-commissie den llden Juni
1891 gehouden wees de minister Rouvier in zijne openingsrede op de ge
breken, die de wetgeving op den grondeigendom in Frankrijk aankleven.
„De openbaarheid" zoo sprak hij o. a. „zooals zij voortvloeit uit de be
staande wetten, is niet in staat, om de onmisbare zekerheid aan grondeigendom
en grondcrediet te verleenen, de uitstekendste rechtsgeleerden zijn het hier
omtrent eens. Aan TJ om te onderzoeken, of het middel om tot eene ernstige
hervorming te geraken te vinden is in de vernieuwing van het kadaster. Tot
nog toe heeft men het kadaster hier te lande alleen beschouwd uit een
fiskaal oogpunt. Zelfs al moest men zich hiertoe ook in het vervolg bepalen,
zou de voorgenomen vernieuwing groote voordeelen opleveren, maar zou zij
de openbare meening tevreden stellen?
„Kunnen de gegevens van het vernieuwd kadaster niet dienen om de
eigendomsrechten te omschrijven, grootboeken op te maken en bij te houden,
waarin alle onroerende goedereu ingeschreven, en naast welke de hypotheken
en andere zakelijke rechten vermeld worden?
„Hebben wij niet voor alles noodig de identiteit van ieder onroerend goed
klaar en duidelijk vast te stellen, en hoe een burgerlijken stand van den
grondeigendom anders te verkrijgen dan door de gegevens voor de vermelding
in de openbare registers met wiskundige zekerheid door het vernieuwde
kadaster te verschaffen
„Het kadaster is het onmisbaar hulpmiddel om openbaarheid en specialiteit
door te voeren, zelfs meer dan dat, het vormt er den grondslag van".
De heeren Tirard en Leonsay zijn opgetreden als vice-presidenten der
commissie, welke in drie sub-commissies is verdeeld n.l. de technische, de
juridische en die der wegen en middelen (voies et moyens) welke hare werk
zaamheden eerst later zal aanvangen.
De juridische sub-commissie heeft besloten, de beginselen der openbaarheid
en specialiteit zoo algemeen mogelijk toe te passen. Behalve de gewone
overdrachten en conventioneele hypotheken zullen alle akten „déclaratifs de pro-
priété", testamenten, afgiften van legaten, zelfs overgangen door overlijden ab
1) Zie de vorige jaargang blz, 144.