167 „heid des eigenaars, om zijn eigendom te splitsen. Vervreemding en „toescheiding van gedeelten zou in het vervolg onmogelijk zijn ge worden. Over dit bezwaar kan men heenstappen, men kan het niet „wegnemen." Welk eene gruwelijke verkorting der vrijheid van de eigenaren, welk eene stagnatie op allerlei gebied zou zulk eene in stelling teweegbrengen! Waarschijnlijk bedoelt Mr. Nab er iets anders dan hij schrijft. Edoch, men behoeft, meent de Schrijver, blz. 137, hoewel „er „anders geen principiëele bezwaren tegen te moveeren zijn, noch te „hopen, noch te vreezen, dat het daartoe vooreerst zoude komen. „De grootste voorstander, de I. Boer Hz„ deelt thans mede, „„dat „„het denkbeeld van een rechtsgeldig kadaster reeds sinds eenige „„jaren is losgelaten"" 1). Geheel onbegrijpelijk is het, dat de, op door mij gebezigde onmiddellijk volgende woorden: „en in de plaats daarvan is voorgesteld een kadaster met bewijskracht Tijd schrift voor Kadaster en LandmeetkundeIV blz. 81, 173, en V, 311)" door den Schrijver worden over het hoofd gezien. „Maar, wat te zeggen van een wetgever," aldus gaat S. voort op blz. 139 en 140, „die de ondenkbaar slechte boekhouding op de „perceelen van ons fiscaal kadaster invoert! Op perceelen, die ge- „fingeerd worden even zoove'e eigendommen te zijn, worden bij ons „de mutatiën genoteerd, onder vermelding der nummers, waaronder „de stukken in de oorkondenboeken zijn terug te vinden. Het „gevolg is, dat men absoluut niet weten kan, welk object met hypo- „theek bezwaard is, of van eigenaar verwisseld heeft. Men weet „alleen, dat het object ongeveer met het aangeduide kadastraal per- „ceel kan overeenkomen." Hoe gebrekkig de boekhouding op het perceel van ons fiskaal kadaster ook zijn moge, er is toch een wijze van boekhouden, die gebleken is nog gebrekkiger te zijn en in Frankrijk tot de grootste verwarring heeft geleid; daarmede wil Mr. Naber ons opnieuw begiftigen, nl. de boekhouding op naam. De moeilijkheden, die homoniemen en omschrijving van het per ceel in die boekhouding zouden veroorzaken, wil Schrijver ontgaan, door de plaatselijke besturen er mee te belasten. De 34 hypotheek - Weekbl. v. Not. en Reg., n°. 1137, blz. 574.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1892 | | pagina 177