Verslag van de Algemeens Vergadering
der Leden van de Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde,
gehouden te Amsterdam den 14den November 1892.
De Algemeene Vergadering in 1891 te Groningen gehouden, heeft
bewezen, dat het Noorden niet zoo onherbergzaam is, als het gewoon
lijk wordt afgeschilderd. Ieder, die deze Vergadering heeft bijgewoond,
heeft daarvan de aangenaamste herinneringen behouden. Toch werd
op diezelfde vergadering Amsterdam aangewezen als vergaderplaats
van het jaar 1892.
Amsterdam is nu eenmaal „eenig" ook voor het houden van
vergaderingen.
Waar kan men gezelliger het nuttige met het aangename paren
Die opvatting schijnt steeds meer algemeen te worden. Van daar
zeker, dat op den 14den November 1892 zich in het fraaie boven
zaaltje van het American hotel meer leden der Vereeniging vertoonden
dan gewoonlijk op de Vergaderingen zichtbaar zijn.
Men mag echter aannemen dat belangstelling in het streven der
Vereeniging de hoofdmotor was voor de getrouwe opkomst.
Ongetwijfeld was die belangstelling in hooge mate aanwezig bij
de enkele Indische leden, die, toevallig met verlof in het moederland
zijnde, onmiddelijk de gelegenheid aangrepen door hunne komst ter
vergadering den band, die de leden uit Holland en die uit het schoone
Insulinde verbindt, hechter te maken.
Waar de Voorzitter, de Heer E. Barenbroek, die voor de eerste
maal de Algemeene Vergadering presideert, de bijeenkomst opent
met een hartelijken welkomstgroet, is het derhalve beprijpelijk, dat
hij een bijzonder welgemeend welkom toeroept aan de aanwezige
Indische leden.
Na de welkomstgroet deelt de voorzitter mede, dat tengevolge
ziekte het bestuurslid, de heer G. A. Engelmann helaas verhinderd
is de vergadering bij te wonen.
Ter vergadering tegenwoordig zijn de heerende Balbian, la
Bastide, Berkhout, van den Briel, Boer, van Buren