62 meter onveranderd is gebleven. Dit is a priori zeer onwaarschijnlijk, omdat hij dezelfde inrichting bezit als de meetstaven n°s. Ill en IV De normaalmeter is in April 1873 en in Februari 1874 beide malen bij de zelfde temperatuur van 26°,3 met den glazen standaardmeter n°. 3 vergeleken, en bleek in dit jaar ten opzichte van G3 6,3 fi langer geworden te zijn. De normaalmeter is vergeleken: door Stamkart met den platina streepmeter van Lipkens (vervaardigd in 1838), den glazen eindmeter G4 (1857) en den ijzeren eindmeter van van Swinden (1799); door Oudemans in 1873 met G3 en in 1883 met den meter van platina- iridium X27. Noemt men N0 de lengte van den normaalmeter voor de temperatuur (17°, 846), waarbij de stalen en zinken staaf even lang zijn, dan waren de uitkomsten (zie 1,4,63; 111,3,16): N0 1 Meter 173^,7 (volgens den platina meter) 177 ,9 (volgens G4) 179,9 (volgens den meter van van Swinden) 172 ,14 a 164,59 (volgens G3, al naar de uit zetting, welke men voor dezen aanneemt) 159 ,81 (volgens X27) Aan de vergelijkingen van Stamkart kent Oudemans geen groot gewicht toebepalen wij ons dus tot de uitkomsten verkregen met behulp van G3 en X27. In April 1873 vond Oudemans (1,63): (1) Norm. meter G3 -f- 59i",65 bij 26°,31. En uit zijne vergelijkingen, in 1888/89 van G3 met X27 (Mede- deelingen K. A. v. W. 1889, deel 6 blz. 320) leidt hij af: (2)Gs 1 Meter 200//,48 bij 26°,31dus N 1 Meter 260//, 13 bij 26°,31. Maar in Februari-Juli 1883 gaf de directe verge lijking van N met X27, bij temperaturen tusschen 3°,7 tot 23°,9 (3) N 1 Meter 159/t, 81 1 Ia,09 17°,846) 4-0^,016 \t 17°,846)2. En alzoo bij 2 6°, 31 (4)N 1 Meter 254/t,78 tegen 260^,13 volgens (2). In April 1873 zou dus N 5/*,35 langer geweest zijn, dan in 1883, altijd als G3 en X27 niet veranderd zijn. En (zie boven) in Febr. 1874 zou N ten opzichte van G3 nog 6//,3 langer geweest zijn, dan in April 1873, of 11^,65 langer dan in 1883.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1892 | | pagina 72