71 Om de 200 meter (te Logantong 1« helft om de 100 M.) en aan het einde van eiken dag, werd een trachietblok met een glazen kogel in den grond bevestigd en bleef daar tot na de tweede meting of tot den volgenden dag. Elke sectie van 200 M. werd gewoonlijk onmiddellijk na elkander twee malen gemeten. Kleine, voortgaande veranderingen in de lengte der staven blijven op deze wijze onop gemerkt. In Pruisen en Spanje werd de tweede meting verricht, nadat de eerste meting der geheele basis afgeloopen was. Te Göttingen was er om de 156 M. een tusschenpunt; Ibanez ver koos secties van 400 M. Het onderscheid tusschen twee metingen der zelfde sectie bedroeg te Simplak hoogstens 2,669 mM.te Logantong 0,415 mM. (voor eene sectie van 100 M.) en te Tangsil 0,466 mM. Uit deze onder linge afwijkingen zijn ook de midd. fouten van blz. 69 berekend. Zij bedragen respectievelijk 1/1660000; 1/9000000 en 1/8260000. Deze laatste twee m. fzijn kleiner, dan bij eenige basismeting in Europa, en leggen een schitterend getuigenis af van de zorgvuldig heid en nauwkeurigheid der waarnemers. Reëele beteekenis hebben die m. f. natuurlijk niet. Afgezien van de veranderlijke lengte der zinken staven, is het eenige bezwaar tegen het basisapparaat van Java: de geringe snel heid, die nog niet 1/10 is van die met Bessel's apparaat en minder dan 1/5 van hetgeen met den toestel van Ibanez is ver kregen. Voor een deel is dit toe te schrijven aan de grootere oefening en de militaire organisatie der pruisische en spaansche meetbrigades, voor een ander deel aan de afmattend hooge tempe ratuur op Java. Maar de hoofdoorzaak is de samengesteldheid van het apparaat, de talrijke mikrometrische aflezingen, die voor eiken D.M. vereischt worden (zie blz. 60 en de tijdroovende in richting voor het bepalen der tusschenpunten (zie Z. f. V. 1880 s. 384.) Een snelle voortgang der meting is vooreerst goedkoop. Men zou met minder kosten een nieuw apparaat kunnen aanschaffen als met dat van R e p s o 1 d nog ééne basis meten. Bij een vlot en snel verloop der meting zullen kleine veranderingen in de staven, door temperatuur, verzakken, trillen enz. minder invloed hebben. In dit laatste opzicht schijnen trouwens de metingen op Java, blijkens de kleine m. onberispelijk te wezen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1892 | | pagina 81