HET KADASTER IN DE NEDERLANDSCHE JURISTEN-VEREENIGING. De drie praeadviezen, uitgebracht over de door het bestuur der Nederlandsche Juristen-vereeniging gestelde vraag„Is herziening wenschelijk van het stelsel onzer wet omtrent eigendom van den grond in de richting van het Grondboek- of het Torrens-stelsel, of in anderen geest? behandelen alle het kadastrale vraagstuk. Ook de hoogleeraar Mr. H. J. Hamaker wijdt aan het kadaster het eerste gedeelte van zijn artikel in het Rechtsgeleerd Magazijn dl. 12 blz. 424 over „het negatieve en positieve stelsel omtrent eigendom van den grond"; een opstel, door de redactie van het Weekblad voor Notarisambt en Registratie (N°. 1235) „het vierde, niet officiëele, maar daarom niet ongevraagde en zeker ook niet onwelkome prae- advies" genoemd. Onze lezers stellen er ongetwijfeld veel belang in, hoe door de rechtsgeleerden over het kadaster wordt geoordeeld en op welke wijze wij hen hebben voorgelicht. Alleen de praeadviezen kunnen daarom trent licht verschaffen, aangezien in de vergadering nagenoeg geen debat over dit onderwerp werd gevoerd, wat een gevolg was van de eenstemmigheid in het gevoelen, dat invoering van een kadaster met bewijskracht de rechtszekerheid van den grondeigendom ten zeerste zou bevorderen. Wij laten daarom die gedeelten der adviezen welke betrekking hebben op het kadaster, hier volgen. Van den strijd, gevoerd tusschen de voor- en tegenstanders voor een positief stelsel, hopen wij een over zicht te geven na de verschijning van het stenographisch verslag der vergadering. I. Praeadvies van Mr. P. R. Feith. Handelingen der Ned. Juristen-Vereeniging 1893 Deel I. Bldz 90, v. Het eerste punt, dat hier in aanmerking komt, is de erkende

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1893 | | pagina 126