162 de onroerende goederen aan te duiden met sectie en nummer van het kadaster. Dit bevel, dat indien het kadaster de bijzondere personen bond en den omvang van ieders goed bepaalde, volkomen begrijpelijk zijn zou, is thans ongerijmd. Wat we willen verkoopen of bezwaren is zeker stuk van den bodem van Nederland, dat we bezitten en dat binnen zekere op het terrein herkenbare grenzen is begrepen. En de wet dwingt ons als verkocht of bezwaard te noemen een kadastraal perceel, dat misschien met 't object van ons bezit overeenstemt, misschien grooter of kleiner of anders begrensd is, en waarmee we, voorzoover er verschil is, letterlijk niets te maken hebben. Zij dwingt ons dus, ons tot iets meer of iets minder of iets anders te ver binden dan we kunnen en willen. Het is bekend, dat men zich in de akten tegen de gevaren, die op deze wijze voor ons zouden kunnen ontstaan, pleegt te vrijwaren door uitdrukkelijk te verklaren, dat men, de kadastrale om schrijving gebruikende, voor hare juistheid niet verlangt in te staan. Wanneer nu onder I door het Bestuur der Jur. Vereeniging de vraag is gesteld of het wenschelijk is een nieuw kadaster samen te stellen en daaraan bewijskracht toe te kennen omtrent de grenzen der perceelen, dan is daarbij m. i. niet te denken aan eene verbetering van het bestaande belastingkadaster, aan eene hervorming van dit laatste op zulk eene wijze dat het te gelijkertijd de regeering bij het heffen van de grondbelasting en de bijzondere personen voor de beslissing hunner onderlinge geschillen dienen kan De bedoeling is, of het wenschelijk is het feitelijk en rechtens bestaande verband tusschen het tegenwoordig belastingkadaster en den grondeigendom op te heffen, dit kadaster eenvoudig over te brengen naar de kantoren van de ontvangers der belastingen, waar het thuis hoort, en dan in te voeren eene nieuwe instelling, op zulke grondslagen rustende en op zoodanige wijze ingericht, dat zij de grenzen, de individualiteit der afzonderlijke onroerende goederen tusschen alle belanghebbenden op verbindende wijze kan vaststellen, zonder zich daarom nog in te laten met de vraag, aan wien ieder goed toekomt, een vraag wier beantwoording naast haar en onafhankelijk van haar op de wijze van het negatieve, of van het grondboek- of van het Torrens- of desnoods van een mobilisatiestelsel, al naarmate men aan het een of het ander de voorkeur geeft, te vinden zou zijn. Op den naam, dien de nieuwe instelling dragen zou, komt het natuurlijk betrekkelijk weinig aan. Men heeft haar tot nog toe kadaster, ook eigendoms kadaster, genoemd, omdat zij gelijk het eigenlijke kadaster eene omschrijving geven zou van de perceelen; en tegen dien naam bestaat geen bezwaar, indien slechts in 't oog gehouden wordt, dat men met een nieuwe instelling te maken heeft, nieuw om hare grondslagen en nieuw om hare bestemming. Het eigendomskadaster zou moeten zijn eene afbeelding van de wijze, waarop de bodem van Nederland in afzonderlijke onroerende zaken is gesplitst. Die afbeelding zou moeten steunen op allerlei metingen en berekeningen, wier

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1893 | | pagina 166