173 Een ander bezwaar tegen het ontwerp is m. i. gelegen in art. 116, waarbij is bepaald, dat verzoeken om hermeting en bezwaarschriften krachtens deze wet in te dienen, ook namens belanghebbenden, door mondeling gemachtigden kunnen onderteekend worden. Die bepaling schijnt mij toe niet vrij te zijn van bedenkingen. Er kan toch schromelijk misbruik van worden gemaakt b.v. door notarissen, die, als de uitkomst der meting verschilt met de gegevens in de acte, dadelijk aan een in de war zijnd kadaster gaan denken, aan den splinter in een anders oog, daarbij vergetende den balk in 't eigen oog. Of door particuliere landmeters en zaakwaarnemers die namelijk bij verschil tegenover hun cliënt liever een landmeter van het kadaster tot den zondebok maken, dan zichzelven het brevet van onvoldoende bekwaamheid of onvoldoende behartiging der hun toevertrouwde be langen uitreiken. Nu weet ik wel, dat in cas van chicanerie de ing. verf. hen kan en ook zal doen gevoelen, dat de fout niet bij het kadaster ligt, maar het noodelooze werk is dan toch alweêr moeten gedaan worden. Om te eindigen, M. H.In het algemeen keur ik het ontwerp goed en zou zonder recht van amendement liever het ontwerp in zijn geheel tot wet verheffen dan de gebrekkige regeling van heden bestendigen. Mocht het de goedkeuring van de wetgevende macht verwerven, dan geloof ik dat de toestand in het algemeen zal verbeteren. Aan de grondbelasting ligt ten grondslag het kadaster. Zóó is het opgevat toen het kadaster werd ingevoerd. Vandaar een fiskaal kadaster, dat mettertijd den grondslag tevens is geworden voor het grondcrediet, speciaal in betrekking tot de hypotheken. Omdat het beheer van de hypotheken in handen was van registratie ambtenaren en het kadaster óók bij die afdeeling een onderkomen werd verschaft zat men en zit men nog met een vak, wetenschap pelijk van aard en van veelzijdige beteekenis, krachtens zijn wezen, tusschen twee vakken, om beurtelings door het een en het andere in zijn ontwikkeling te worden belemmerd. Verstaat mij wel M. H.ik zeg geen kwaad van de afdeeling regis-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1893 | | pagina 175