180 deelde grondeigenaars zulks dan niet? Waarschynlyk om dat zy weten dat de Landmeter gelyk heeft en zulks door cyfers kan bewyzen. Zulke praatjes over benadeelde grondeigenaren beteekenen niets. Doch ter zake. Het doel van myn schryven is den Volksraad te toonen dat ik niet zie hoe de Wet No. 3 1892 verbetering kan brengen in de bestaande toestanden. De bestaande moeilykheden ontstaan meestal uit vroegere verkeerde metingen (die helaas! zeer talryk zyn). Die metingen mogen correct zyn en toch niet overeenkomen met de thans bestaande bakens; of die metingen zyn door vroegere Landmeters verkeerd gedaan en verknoeid. In geen geval zie ik dat de nieuwe wet die toestanden verbetert." Ongetwijfeld is de boven afgedrukte wet een curieus staaltje van wetgevenden arbeid! Doch het feit, dat men tot dergelijke maat regelen den toevlucht neemt is een treurig bewijs dat het werk van een onbetrouwbaar en onkundig corps landmeters groote schade aan particulieren kan toebrengen en de algemeene rechtszekerheid grootelijks benadeelen. Daartegen baten echter geene wetten als de bovenstaande. De wedloop van concurreerende landmeters, wien wetenschappelijke kennis en daarop gegronde praktische ervaring in hun vak niets, doch het verdienen op de meest gemakkelijke en snelle wijze van het grootste getal ponden sterling alles is,, wordt door dergelijke middelen niet gebreideld. Daartoe is meer noodig. Daartoe behoort in de eerste plaats de landmeter op degelijke, theoretische en praktische wijze gevormd te zijn, zoodat hij met evenveel gemak en in weinig of niet meer tijd goede metingen uitvoert die het bewijs hunner betrouwbaarheid in zich zelf voeren als de onwetenschappelijke routineur zijn prulwerk. Daartoe is noodig eene algemeene driehoeksmeting, waaraan de landmeter zijne geïsoleerde metingen verbinden kan, opdat bij ver plaatsing of verdwijning van bakens niet elk betrouwbaar uitgangs punt ontbreekt. Eerst dan zal eene verificatie door bekwame Staats-ambtenaren, op ongezette tijden en plaatsen ingesteld, haar nuttig effect niet missen. De kosten van dergelijke maatregelen zijn gering, verge leken bij de groote nadeelen uit onjuiste, fictieve of „gekookte" metingen en uit het ongestraft wegnemen of verplaatsen van bakens voortvloeiend.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1893 | | pagina 182