58 Dit voorstel gaf nog al tot discussie aanleidingverscheidene leden konden er zich niet wel mede vereenigen, om van het aannemen van een algemeen niveauvlak (zooals in Nederland en elders het Amsterdamsch Peil gediend heeft) geheel af te zien. Een derde arbeid die te Florence aan het centraalbureau was opgedragen, betrof het onderzoek naar de verhoudingen der grondlijnen, in de verschil lende Staten gemeten, af te leiden door middel der kettingen van driehoeken, die de naastbijgelegene doch in verschillende Staten liggende grondlijnen met elkander verbinden. In dezen arbeid, die aan den heer K h n e n was opge dragen, worden zooveel mogelijk alle grondlijnen in rekening gebracht. Indien de verhouding ingevoerd wordt, die onlangs te Breteuil is vastgesteld tusschen de toise van Bessel en den internationalen meter, dan is de overeenkomst overal treffendin het onderzochte gebied schijnen standvastige fouten ter nauwernood te vreezen te zijn. Alleen de Russische grondlijnen, gemeten in het oostelijke gedeelte van de reeks driehoeken, die voor de bepalingen der gradenlengte gemeten worden, geven zulke sterke verschillen, dat de vraag rijst, of voor het algemeen onderzoek deze bepalingen wel zullen kunnen die nen, die verschillen loopen namelijk tot Vsooo van de lengten. Misschien zouden zij geweten kunnen worden aan een verschil tusschen den vorm van de geoïde en van de ellipsoïde, die bij de berekeningen voor de aarde wordt aangenomen, maar de afwijkingen der lengteverschillen wettigt eene derge lijke vooronderstelling in geenendeele. De heer Helmert herinnerde bij deze gelegenheid aan het besluit op de algemeene vergadering te Weenen in 1871 genomeu, dat er een toestel zou aangeschaft worden om de grondlijnen te meten in de verschillende Staten, die deelnemen in de geodesische associatie. Deze toestel is door de Ge broeders Brunner vervaardigd en reeds in 1879 door het centraalbureau ont vangen. Zonder twijfel zou het beste middel om alle grondlijnen tot dezelfde eenheid te herleiden, daarin gelegen zijn, dat zij allen met denzelfden toestel hermeten werden. Tot nog toe is de internationale toestel slechts voor de hermeting van drie grondlijnen aangewend, die vroeger met den toestel van Bessel gemeten waren. De heer Albrecht. onder wiens leiding de berekeningen betreffende de breedtebepalingen te Honolulu verricht waren, gaf daaromtrent nog een nader bericht, dat achter het verslag der vergadering als bijlage gedrukt zal worden. Hier zij alleen vermeld, dat de aldaar, zoowel als in Europa, gevondene variatie der poolshoogte 0",5 tot 0'',6 bedraagt, eene grootheid die bij goed ingerichte waarnemingen onmogelijk de aandacht ontgaan kan. De als uitgenoodigde in de vergadering aanwezige Fransche natuurkundige Cornu trachtte in eene uitgewerkte rede tot voorzichtigheid aan te sporen bij het afleiden van gevolgtrekkingen in dezen zin. De verschillen, waarvan bij deze onderzoekingen sprake is, zijn volgens hem zoo gering, dat het uiterst

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1893 | | pagina 58