61
(Het is niet ten onpas hier de opmerking bij te voegen, dat bij de Rijks
waterpassing in Nederland met veel nauwgezetheid op de dagelijks varieerende
lengte der nivelleerbaken gelet is, en wel door ook dagelijks, met behulp van
een door de ingenieurs op het terrein medegebrachten meter, de uitzetting
of inkrimping der baken rechtstreeks te meten)
2°. eene voordracht van ons medelid Oudemans omtrent onderzoekin
gen, die hij, bij de herberekening der triangulatie van Java heeft doen uit
voeren omtrent de middelbare fouten;
a. van het richten der kijkers der theodolieten of universaal-instrumenten
op heliotropen of signalen;
b. van de aflezingen der verdeelingen door middel der microscopen;
c. van de verdeelstrepen der cirkelranden.
De resultaten der onderzoekingen zullen in het verslag over de triangulatie
van Java worden medegedeeld
3°. eene voordracht van den heer Lagrange, over het verband dat er
bestaat tusschen de afwisselingen in hoogten van het vaste land en het stelsel
magnetische lijnen op de aardbol;
4°. eene verkorte beschrijving van eenen basistoestel, van den Amerikaan-
schen geodeet Woodward, waarin de staven, ten einde alle onzekerheid om
trent onregelmatige uitzettingen of inkrimpingen te ontgaan, voortdurend in
smeltend ijs gehouden worden.
Ten slotte zouden nog de beraadslagingen moeten voortgezet worden over
het al of niet aannemen van een algemeen peil (niveau fondamental) voor
geheel Europa. Het was echter te voorzien, dat de vergadering niet licht
hierover in eenstemmigheid zou komen, en een voorstel naar aanleiding daar
van door den heer Ferrero in de laatste zitting gedaan, werd door de ver
gadering aangenomen.
Dit voorstel luidde: Er zal eene commissie van vijf leden benoemd worden,
belast met het onderzoek van het vraagstuk van het algemeen peil en vooral
van de twee volgende vragen:
1°. aan welke voorwaarden moet het algemeen peil voor de hoogten in
Europa voldoen?
2°. welke zijn de punten in Europa, die het best aan die vereischten van
een algemeen peil voldoen?
Tot leden dier commissie werden benoemd de heeren Morsbach, van
Kalmar, Lallemand, Hirsch en van Diesen.
Werkzaamheden der commissie. De werkzaamheden der commissie hadden
in 1892 betrekking op:
de primaire driehoeksmeting;
de secondaire driehoeksmeting
de berekening der waterhoogten, en
de bepaling der slingerlengte.