89 3°. alle aanwas benedenwaarts van de benedenste krib wordt ge acht door die krib veroorzaakt te zijn, over eene lengte langs den oever gemeten, gelijk aan twee en een half maal de lengte der krib; 4°. boven- en benedenwaarts van eene enkele dwarskrib wordt de aanwas geacht door die krib veroorzaakt te zijn over eene lengte langs den oever gemeten, te zamen gelijk aan viermaal de lengte der krib; 5°. de uitgestrektheid van den door de kribben veroorzaakten aan was over de breedte der rivier is onbepaald; 6°. de lengte der kribben, sub 2, 3 en 4 bedoeld, wordt gemeten uit de worteleinden der kribben of wel uit het punt, waar mede ze tegen den begroeiden grond aansluiten. Boven is reeds terloops opgemerkt dat sedert het jaar 1854 door den waterstaat de oever geconstateerd wordt, waar en wanneer van Rijkswege kribben worden aangelegd. Het schijnt dat door de ambte naren van den waterstaat het belang van die oeverconstateeringen onderschat werd, althans slechts zelden werd daaraan veel zorg be steed. Zelfs komt het voor dat een slordige kopie van de kadastrale kaart, die langs de rivieren soms in tal van jaren niet was bijge houden, als oeverconstateering dienst moest doen. Later ondervonden daarvan de ambtenaren van het kadaster en die van de domeinen de lastige gevolgen, de laatsten wanneer het domeinbestuur tot ver pachting of vervreemding van ontstane aanwassen overging en de eersten wanneer zij de veranderingen langs rivieren op de kadastrale kaart moesten brengen. Dan was steeds die oeverconstateering de eenige bron waaruit men gegevens omtrent den loop der scheiding tus- schen de aanwassen van particulieren en die van den Staat kon putten en bijna altijd was het zoo goed als ónmogelijk uit die gegevens die scheiding op het terrein of op de kaart met eenige juistheid over te brengen. Sedert een paar jaren is het verrichten van die oeverconstateeringen door den Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid overgelaten aan het Departement van Financiën en bij resolutie van den Minister van Financiën van 10 April 1889 n°. 23 Registratie (bij de reeds genoemde circulaire n°. 1092) zijn omtrent die werkzaamheden aan de betrokken ambtenaren de noo- dige voorschriften gegeven. Ingevolge die circulaire worden thans

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1893 | | pagina 91