UITWERPEN VAN REINSTEENEN. In vroegere tijden beschouwde men het uitwerpen van een grenspaal als een zeer strafbaar feit. In Maastricht werd de schuldige verbannen. Zoo lezen wij in 't previlegie in 1407 door den elect Jan van Beijeren aan de stad geschonken. „Voert alle die met quade ellemaete, gewicht, waege omgaan, dat „geld besnijden offte met woucker aeffnemen, ofte met quade teer lingen omgaen, brieven opbreecken die aen hun niet en spreecken „oock alle die op lichte vrouwen leven, ende dat goet verteeren, dat „sij met haren lieve gewonnen hebben, oock alle die reynsteenen uytwerpenen de oock alle diegene die kerken berooven of ontwijden, „dese voors. persoonen sal mijnheer den Landtdeeken verbannen van „onsen Heeren Godt weegen, van O. L. V. weegen, van Sint Lambrechs „weegen; ende deze sal mijnheer den Landt Deeken met vier „verscheten (dood doen schieten) ende metter cloeke verluijden." V. B. RoermondOct. '94. EXAMEN ADJUNCT-LANDMETER. De uitslag van het examen voor Adjunct-Landmeter is ook ditmaal weder niet gunstig geweest. Van de 10 candidaten, die aan het geheele examen deelnamen, voldeden slechts twee aan de eischen, te weten de heeren: J. H. J. Garot, gemiddeld eindcijfer 6,23, en A. F, van Rheeden, gemiddeld eindcijfer 6,03. De overige candi daten behaalden allen minder dan 6 voor gemiddeld eindcijfer, en moesten dus volgens het Reglement onverbiddelijk afgewezen worden.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1894 | | pagina 152