182
Rijkscommissie Verslag der werkzaamheden over 1885. II, 127.
Idem over 1886III, 84.
Idem over 1887IV, 107.
Idem over 1888V, 166.
Idem over 1889VI, 171.
-Idem over 1890VII, 134.
Idem over 1891VIII, 79.
De eischen der medewerking van Nederland aan de inter
nationale aardmetingVIII, 89,
Verslag der werkzaamheden over 1892IX, 55.
Idem over 1893. -. X, 98.
Prof. Dr. C. M. Schols, Mededeelingen over de triangulatie in Nederland V, 129.
Onderzoek van de randverdeeling van de theodolieten
in gebruik bij de Rijksdriehoeksmeting. X, 110.
C. W. Soutendijk, Moeten slooten loodrecht op de grenslijnen worden afge
graven? III, 140.
S. A. Spaarwater, De zakelijke rechten op onroerende goederen in Ned.-India
tijdens de Ned. O. I. Compagnie IV, 185, 225; V, 177.
F. (J. Stucki, Bepaling der hoofdpunten voor de hermeting van een gedeelte der
gemeenten Amsterdam en Nieuwer-Amstel (met plaat) I, 129.
Verslag Algemeene Vergadering der Vereeniging voor K. en L.
November 1885 II, 28.
Een voorbeeld van constante fouten? II, 181, 231.
De Coördinatograaf (gelll.)III, 73.
Verslag Algemeene Vergadering der Vereeniging voor K. en L.
September 1887 III, 150.
Idem Aug. 1888 IV, 169.
Aansluiting van driehoeksmetingen (geïll.), IV, 251.
IdemV, 252.
(en D. L. Warnsinck) Formulieren voor de berekening en ver
effening van driehoeksmetingen en polygonen. VII, 12.
- Toepassing der aansluitingsmethode c. o. volgens M. de Vos VII, 56.
KogelplanimetersVII, 102.
De rollende coördinatograaf (met plaat) VII, 105.
F. Verstijnen, De landrente in verband met het kadaster VI, 116, 196.
Iets over de verschillende rechtstoestanden, waardoor de grond
op Java en Madura beheerscht wordt, en de eischen die in
verband daarmede aan een daarvan op te maken kadaster
voor elke categorie gesteld moeten worden VI, 229.