39 Daarvoor is heusch geen grondige naziening noodig, met wat handigheid en overleg vergewist men zich hiervan in enkelen uren tijds. De persoon die 't bijblad werkelijk controleert is de landmeter voor den velddienst, die ambtenaar alleen weet, door een veelvuldig en partieel gebruik, of de kaart vertrouwen verdient. En omgekeerd, de landmeter die het bijblad maakt, weet hoeveel vertrouwen door hem aan de suppletoire metingen mag worden geschonken. Hij is het die oordeelt over de innerlijke waarde van hulpkaarten en veldwerk. Hij kan verklaren of posten in het Reg. 9 als: „te redresseeren bij de vernieuwing der bijbladen", al of niet mogen worden geboekt. Volgens de in dit opstel gehouden beschouwingen slechts bij hooge uitzondering. Het grootste nadeel van het bijwerken schuilt in de mogelijkheid dat het bijblad voor de tweede maal moet worden vernieuwd. Bestond het bijblad nog in ongeschonden toestand, dan is het duidelijk dat men op den vroeger verrichten arbeid onmiddellijk voort zou kunnen bouwen; nu kan men weer van meet af aan beginnen, het oudste schetsje, het oudste stukje veldwerk, er is geen ontkomen aan, moet bij de tweede vernieuwing op nieuw worden geraadpleegd. Het is volstrekt niet ongerijmd een tweede vernieuwing te onder stellen, maar ongerijmd zou het zijn deze periodiek te doen plaats vinden. Zij moet worden geregeld naar de behoefte. De landmeter voor den velddienst zal deze het eerst gevoelen, de ingenieur behoort te beslissen of er toe zal worden overgegaan. Een tweede vernieuwing zal altijd mogelijk zijn indien het eerste bijblad ongeschonden werd bewaard, kan onmogelijk wezen indien dit werd verzuimd. Dan is de eenige uitweg hermeting"\ een duur, en onder onze voorschriften niet aan te bevelen hulpmiddel. Het vermelden van het doorloopende volgnummer der hulpkaart, rechts beneden, behalve het dienstjaar is vooral gewenscht in verband met 15, en ook naar aanleiding der gewoonte om den loopenden dienst zooveel mogelijk in de vernieuwing op te nemen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1894 | | pagina 39