74
Herinneren wij ons echter, dat bij eene overeenkomst, zal ze in
rechte bestaanbaar zijn, de hoeveelheid der zaak wel onzeker kan
zijn, mits deze naderhand maar bepaald kan worden, dan mag met
grond getwijfeld worden aan de rechtsgeldigheid van enkele der
overeenkomsten, welker bestaan bij de onderzochte akten geconsta
teerd wordt, omdat ze geen bepaald onderwerp tot grondslag hebben,
en ook het onderwerp blijkens de bewoordingen der akte zelve
voor partijen niet bepaald was. En de overige akten dan?
De mogelijkheid bestaat, dat het voorwerp der overeenkomst
tijdens den verkoop voor partijen bepaald was en hunne overeenkomst
daarom in rechte bestaanbaar is, ik neem dat zelfs aan, maar in
ieder geval is het zeker, dat hun titel geene aanwijzing bevat, wanneer
de grenzen van het object mochten verloren zijn. Dan zal, als een
strijd om het bezit aanleiding mocht geven tot den strijd om den
eigdndom, het kadastrale kenmerk, in de akte genoemd, de grondslag
moeten zijn voor de rechterlijke beslissing; tenzij men de rechtspraak
van Salomo wil navolgen, en, zooals bij 852 van het ontwerp
voor het nieuwe duitsche burgerlijk wetboek wordt voorgesteld, als
grens wil aannemen „diejenige Linie, durch welche jedem der bethei-
ligten Grundstücke ein gleich groszes Stück des streitigen Flfichen-
abschnittes zugetheilt wird," In dit geval echter zal hij, die in zijne
eischen het verst durft gaan, ook het meest bevoordeeld worden, en
zal art. 4 onzer grondwet, dat aan allen, die zich op het grondgebied
van het Rijk bevinden, gelijke aanspraak op bescherming hunner
goederen toezegt, als niet geschreven moeten beschouwd worden.
In de akten, waarbij eigendomsperceelen overgedragen worden,
die bij het kadaster nog niet onder een afzonderlijk nommer bekend
zijn, en waarvan de grenzen worden aangegeven door de vermelding,
dat ze op het terrein met paaltjes aangeduid zijn, ontbreekt echter
iedere grondslag voor eene rechterlijke beslissing, wanneer de kooper
daags na den publieken verkoop tot de ontdekking mocht komen,
dat de paaltjes verdwenen zijn. Dan zullen de gegadigden bij de
verkooping die paaltjes wel gezien hebben, en ongeveer weten, waar
ze ongeveer gestaan hebben, maar daarom de plaatsen, waar ze
stonden, nog niet kunnen aanwijzen. En hij, die om welke redenen
ook de paaltjes wegnam of verplaatste, zal, als hij bekend wordt en
zijn misdrijf bewezen kan worden, de straf bij art. 333 Wetb. v.