76
onverklaarbare zorgeloosheid of aan geheele miskenning der belangen
van den kooper.
De notaris toch, die nog niet zoo lang geleden bij eene openbare
verkooping fin eene gemeente, waarvan het kadastrale plan, als
niet voldoende aan de geringe eischen van ons fiskale kadaster, door
hermeting vernieuwd wordt,) de grens tusschen twee onderdeelen van
een kadastraal perceel in zijne akte omschreef als te zullen ontstaan
door de verlenging van eene op het kadastrale plan voorkomende lijn,
die de grens tusschen twee naastgelegen aan denzelfden eigenaar
toebehoorende belastingperceelen vormt, is van dergelijke miskenning
niet vrij te pleiten. Van hem kan gezegd worden, dat hij den
koopers met de minste moeite een titel heeft willen bezorgen, waar
mede zij kunnen aantoonen een grondstuk te hebben gekocht, zonder
meer. Immers als ik nu nog mededeel, dat de grens tusschen beide
belastingperceelen tijdens de verkooping niet op het terrein te vinden
was, en de vastgestelde eigendomsgrens dus ook niet, terwijl deze
niet anders kon worden aangewezen dan met behulp van eene
officieel als onvertrouwbaar gebrandmerkte kaart, dan zal men toch
moeten toestemmen, dat door den notaris eene akte werd opgemaakt,
waarin het eigendomsobject in het geheel niet bepaald was.
Ik meen daarom het besluit te mogen trekken, dat als regel
geldt: dat het object van eigendom alleen door het kadastrale
kenmerk wordt aangeduid in alle akten, waarbij onroerend goed
wordt overgedragen. Reeds werd door Mr. Feith x) opgemerkt:
„Wel hebben de kadastrale plans uit zich zelf ?eene hewiiskrarht-
ten civiele, maar toch komt het dikwijls voor, dat zij als bewijs
stukken in rechte worden gebezigd, doordien partijen bij het verrichten
van handelingen ten aanzien van onroerende goederen die plans
en afmetingen tot grondslag daarvan hebben doen strekken."
Mijn onderzoek bracht tevens aan het licht, dat ook de notarieele
akte, bij overdracht van gedeelten van kadastrale perceelen, meestal
onvoldoende aanwijzing van het object der overeenkomst bevat,
waardoor het per slot van rekening niet partijen zijn, die het object
vaststellen, maar de landmeter, die dikwijls op onvolledige aanwij
zingen moet voortbouwen en soms wijzigen, zoodra eene andere
Themis 1891. Ie. Afl.
- o j