COMMISSIELOON AAN HYPOTHEEKKANTOREN.
Zooals bekend is wordt herhaaldelijk geklaagd over de heffing, boven het
wettelijk tarief, van rechten aan hypotheekkantoren onder den naam van
commissieloon.
In Frankrijk, waar een dergelijk misbruik bestond, is die heffing verboden
bij eene circulaire van het bestuur der registratie van 23 Februari 1893 van
den volgenden inhoud:
„De algemeene financieele Inspectie heeft, naar aanleiding van haar jongste
inspectie, op misbruiken gewezen, welke op sommige hypotheekkantoren
zouden plaats hebben, en bestaan in bizondere vergoedingen door ambtenaren
en particulieren aan het hulppersoneel van die bureaux, onder den naam van
rechten voor spoedige toezending, correspo?identierechten enz.
Feiten, der Administratie onlangs ter oore gekomen, gaven haar aanleiding
tot het instellen van een onderzoek, welker resultaten geleid hebben tot het
besluit, voortaan ter voorkoming van dergelijke misbruiken maatregelen te nemen.
Voor heffing van rechten voor spoedige toezending bestaat geen enkele reden.
De bewaarders zijn verplicht hunne bureaux zoodanig in te richten, dat alle
formaliteiten met den gewenschten spoed kunnen vervuld worden zonder eenig
onderscheid te maken tusschen de verschillende belanghebbenden. Het ver
zoeken, het enkel aannemen zelfs van eene vergoeding voor de snellere afdoening
van zekere werkzaamheden of voor eene bespoedigde afgifte van stalen of
certificaten moet in elk opzicht, als eene niet te dulden onregelmatigheid,
absoluut worden verboden.
Het correspondentierecht wordt schijnbaar gerechtvaardigd, doordien aan
ambtenaren of particulieren diensten worden bewezen. Door de welwillendheid
van den bewaarder of diens personeel kan men zich moeite en reizen besparen.
Doch in sommige bureaux worden de eischen zoo hoog gesteld dat het noodig
is gebleken ook de heffing van dit recht absoluut te verbieden.
Er wordt bijgevolg bepaald, als algemeene maatregel, dat er op de hypo
theekkantoren in geen geval iets mag worden geeischt of aangenomen boven
de rechten en salarissen, vastgesteld bij de vigeerende wetten en reglementen,
en waarvan op de stukken melding wordt gemaakt.
Voor de nakoming van dit voorschrift worden de bewaarders persoonlijk
verantwoordelijk gesteldzij zullen zich aan de ernstigste gevolgen blootstellen
