186 doch tot nog toe maakt de inlander van deze bevoegdheid zeer weinig gebruik. 2°. Eigendom, erfpacht enz. op gronden door de Regeering aan Europeanen en vreemde Oosterlingen afgestaan. Deze rechten komen natuurlijk vooral voor in steden en nederzettingen. Van deze gronden wordt belasting betaald onder den naam van verponding en wel jaarlijks 3/4 van den koopprijs. Sinds 1873 wordt van de hoofdplaatsen een perceelsgewijs zoogenaamd eigendomskadaster opgemaakt, dat thans voor Java en Madura gereed is. 3°. Behoudens de re-ehten in de beide vorige rubrieken genoemd, wordt het Gouvernement beschouwd eigenaar te zijn krachtens souve- reiniteits-recht van geheel Java, (met uitzondering van de Sultanaten Soerakarta en Djocdjakarta) voor zoover dit recht met de daaruit voortvloeiende macht over de inlandsche bevolking niet te kwader ure aan particulieren is verkocht. Over de in de eerste rubriek bedoelde dessagronden, dus uitsluitend van de inlanders, wordt eene belasting geheven onder den naam van landrente. Men meene daarom evenwel niet, dat de landrente een grond belasting is. Niet enkel de opbrengst van den grond, allerlei andere factoren hebben invloed op het bedrag van den aanslag, zooals: „toestand der erven, ligging der dessa nabij passars, de gelegenheid tot geldverdienen bij particulieren, de algemeene grondgesteldheid, de traditie, nl. de overlevering van wat bij oude ingezetenen bekend was omtrent periodiek terugkeerende misgewassen enz. enz." Was nu de landrente evenredig aan de draagkracht der inlanders, een soort van inkomstenbelasting, dan zou er weinig tegen in te brengen zijn. Doch van een inkomstenbelasting is zij hoogstens een parodie, wegens den zeer ongelijken druk. Ongelijk zoowel wat de dessas als wat de individuen betreft. „De landrentekwestie," zei de heer G. A. de Lange bij bovenbedoeld debat, „is van den beginne af eene mystificatie, eene Babylonische spraakverwarring geweest. Raffles schafte het contin gentenstelsel af en voerde in twee dagen over geheel Java het landrentestelsel in met individueelen aanslag. Wij weten wat er van Tijdeman, Grondbelasting op Java bl. 17.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1895 | | pagina 188