19 s_A-n, j sin® 1 sin® i St sin® 1 8 j cos' i (8, <Ji) cos' i (8t <5j) cos (<Jj 4- <?j) cos i (^i <?i) j r De vergrooting V van dezen parallelcirkel is gelijk aan r s;n waardoor wij vinden, na substitutie van de waarden voor r en p yj 4 R® sin® i <?i sin® 1 d.2 4- sin® i 8 cos 1 (8, -t- <5j) cos i (8t 8jj R' sin® <j. en na eenige vereenvoudigingen yj (1 cos (1 cos 8%) (1 cos 8) (cos <J, 4- cos sin® 8 y2 sin® 8 4- (cos 8 cos 8jj (cos 8 cos <J2) sin2 8 V®_ 1 (cos 8 cos (cos 8 cos sin® S Ligt nu 8 tusschen 8t en 8it dan ligt ook cos 8 tusschen cos en cos 81 en één der beide factoren (cos 8 Cos gt) en (cos 8 cos <?2) is negatief; de waarde van V is dan kleiner dan een. Ligt 8 niet tusschen 81 en 8*f dan hebben de beide factoren dezelfde teekens en het product is positief, in welk geval V grooter is dan de eenheid. De parallelcirkels, gelegen tusschen de poolsafstanden gi en 8y waar zij hunne lengte behouden, worden in de projectie kleiner; die buiten deze gelegen zijn worden grooter. De hier ontwikkelde projectie staat bekend onder den naam van kegelprojectie van Albers. Bij de behandeling der equivalente kegelprojecties komen wij hierop terug en zullen dan gelegenheid hebben nog enkele punten nader te onderzoeken. In het bijzonder geval, dat wij hierboven hebben gesteld, waarbij het terrein wordt geprojecteerd op een plat vlak, dat den bol aan een der polen raakt, konden de projecties der meridianen en paral lellen op eenvoudige wijze worden berekend en in teekening gebracht; raakt het vlak aan een ander punt van den bol, dan zijn deze projecties niet langer rechte lijnen en cirkels.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1895 | | pagina 19