59 voortooveren, maar dat begeerden we ook niet, bovendien, een ydille is uit haar aard vervelend, door gemis aan emotie; zij doodt, zij wekt niet tot leven. Tusschen den tegenwoordigen toestand en een ydille liggen even wel veel overgangen; wie brengt ons naar het eerste rustpunt? Even hooggestemd als we iederen morgen weer het daglicht be groeten, doen we zulks jaarlijks het verschijnen in ons Tijdschrift van het Verslag der Rijks-commissie voor Graadnieiing en Water passing. Langzaam maar zeker nadert het tijdstip waarop het ons gegeven zal zijn onzen trigonometrischen arbeid te verbinden aan een net van hoogere orde. Is dat oogenblik eenmaal daar, zal dan van kadastrale zijde niets zijn onbeproefd gelaten, opdat de ambtenaren voorbereid zullen zijn en tevens berekend, voor de taak die hen wacht. Het laat zich aanzien dat we, voortgaande op den tot nog toe bewandelden weg, zullen te kort schieten; dat onze hermetingen, in plaats van logisch en systematisch in elkaar gezet, zullen blijken te zijn een stelselloos geknutsel; dat de bovenbedoelde Commissie een arbeid zal hebben verricht met het oog op, en voor onze toestanden waardeloos. Een ieder voelt, dat laatste dient voorkomen te worden! Onze hermetingen behooren allereerst voor het trigonometrisch- polygonometrisch gedeelte in vaste banen te worden geleid't is meer dan tijd dat een einde kome aan de bestaande verhoudingen, waar van men zonder overdrijving kan getuigen, dat er evenveel stelsels van opneming bestaan, als ambtenaren met de opnemingen belast. Hoe die betere toekomst kan worden voorbereid? Het procédé is mijns inziens eenvoudig. In deze lage landen, zoo goed als voor onze oostelijke grenzen is de som van de drie hoeken van een driehoek 180°. Nu behoeven wij niets anders te doen, dan op grond dezer over weging, van onze naburen over te nemen de bij hen in gebruik zijnde formulieren voor berekeningen; voorloopig alleen die waaraan wij bij onzen arbeid onmiddellijk en dagelijks behoefte gevoelen. Van het vijf-en-twintigtal wij bezitten niet een enkel, wat schrille tegenstelling van weelde en armoede wensch ik o.a. uit te zon-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1895 | | pagina 57