141 kaarteering verbeterd en waarin gij niet van al die afwijkingen in den omtrek der perceelen metingstukken hebt opgemaakt daartoe zult gij toch wel nooit besluiten beweer ik, dat zelfs al ware uw kaart een zuivere photographie van het terrein, gij niet hebt gele verd, wat van u gevraagd werd, d. i. een £yblad. Als kaart moge het een prachtstuk zijn, die zijn er trouwens buiten het kadaster vele te vinden, maar als 3z/blad deugt het niet, omdat het bij geen enkel kadastraal stuk past. Het is de uitdrukking der op een bepaald tijdstip door u gedane keuze uit een zee van meetcijfers, eene keuze, die gij zeer waar schijnlijk voor een tweede maal anders zoudt doen, maar overi gens eene hooghartige miskenning van het bestaansrecht van tal (natuurlijk niet van allé) van kadastrale gebreken; het is een rust- verstoorder in het kadastrale huishouden. Dat daar niet altijd alles vrede en eensgezindheid is, wisten we ook wel vóór uw optreden, maar gij hebt de huiselijke twisten, die telkens en telkens met beleid werden en worden bijgelegd, ondanks uwe goede bedoeling, tot een formeele revolutie aangewakkerd. Ziehier de bewijzen. Wanneer uw gekaarteerd bijblad op den kopiëerspiegel belangrijke verschillen met het nette-plan te zien geeft het geval waarin gij succes van uw werk hebt en dat wij thans bespreken dan kan eene vernieuwing van laatstgenoemde kaart evenals van het veld- en het gemeenteplan niet achterwege blijven. Doch dit is alweer een quaestie van tijd en geld. Maar hoe zult gij handelen, wanneer eigenaren van officiëele kopieën dier stukken, bijv. waterschapsbesturen, klagen dat zij met de aftrek ken der na de geboorte van uw bijblad vervaardigde hulpkaarten hun kaarten niet of niet voldoende kunnen bijwerken Zult gij die rechtmatige klacht voorkomen zooals het toch eigenlijk behoort of op de uiting ervan wachten om dan gratis nieuwe kaarten te verstrekken Hoe zult gij, indien ge geroepen zijt om de kaarteering van een door een ander vernieuwd blad na te zien, handelen als gij u met Ook tegen het opmaken van metingstukken uitsluitend met behulp van vroegere meetcijfers heb ik, enkele gevallen uitgezonderd, ernstige bezwaren.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1896 | | pagina 141