17
dan meent het bestuur dat eene adresbeweging onder de landmeters
meer kans heeft tot het doel te leiden dan het optreden van het bestuur.
De werkzaamstelling bij de Rijkscommissie voor Graadmeting en
Waterpassing gaf den heer Colpa aanleiding om te verzoeken
ontheven te worden van zijne functie van secretaris-penningmeester.
Dankbaar voor de gewichtige diensten, die de heer Colpa als sec
retaris-penningmeester aan de vereeniging had bewezen en billijkende
de redenen welke tot zijn verzoek leidden, werd dat ingewilligd en
de heer Gombault uitgenoodigd zich met het secretariaat te be
lasten totdat de plaats van den heer Colpa, die op deze vergadering
als bestuurslid moet aftreden, zal zijn vervuld.
De uitnoodiging van het bestuur, door middel van het Tijdschrift
tot de leden gericht, om zich beschikbaar te willen stellen voor het
houden van eene lezing of het inleiden van vraagpunten op de alge-
meene vergadering bleef onbeantwoord. De heer I. Boer, Hzn.,
vervolgens door het bestuur aangezocht, verklaarde toen zich bereid
eene voordracht te houden over: »de conclusiën van de Fransche
Staatscommissie voor het kadaster". De bereidwilligheid van den heer
Boer om te willen optreden, met een onderwerp, dat in zoo nauw
een verband staat met het streven der Ver. voor K. en L., werd
door het bestuur zeer gewaardeerd.
Met het oog op de tentoonstelling voor hotel- en reiswezen werd
de datum voor de algemeene vergadering te Amsterdam, te houden,
vastgesteld op 7 October. In afwijking van de gewoonte der laatste
jaren om aan de voornaamste dagbladen een verslag van het ver
handelde op de vergadering te zenden, werden dagblad-redactiën uit
genoodigd om de vergadering te doen bijwonen door hare verslaggevers.
De bibliotheek der Ver. werd vermeerderd door aankoop van nieuwe
werken en door ruiling van het Tijdschrift der Ver. met andere
periodiek verschijnende geschriften.
Tot zooverre het verslag van de handelingen van het bestuur;
welk verslag zonder discussie door de vergadering werd goedgekeurd.
Vervolgens wordt de rekening van den penningmeester over het
jaar 1894 door den secretaris voorgelezen. Uit deze rekening blijkt:
dat de inkomsten hebben bedragen1717,12
en de uitgaven1096,965
zoodat er een batig saldo is vanf~~\620,155