18 De heeren Meijer, Prins en Hondius worden daarop door den voorzitter uitgenoodigd om de rekening en verantwoording van den penningmeester te onderzoeken en rapport uit te brengen van hunne bevinding. De moeilijkheid en het tijdroovende van een onderzoek staande de vergadering in aanmerking genomen, besloten genoemde heeren om de vergadering in overweging te geven hen diligent te verklaren bij hun onderzoek, en dan zou later in het Tijdschrift melding kunnen worden gemaakt van hunne bevinding. Dienovereenkomstig werd besloten, welk besluit den heer H. P. de Haan aanleiding gaf om voor te stelllen, dat voor het vervolg de rekening en ver antwoording van den penningmeester vooraf in handen worde gesteld van eene commissie van drie leden door het bestuur aan te wijzen, zooveel mogelijk uit de leden die wonen ter plaatse waar de Algemeene Vergadering zal worden gehouden, opdat die rekening en verant woording vooraf kunne worden onderzocht en van dat onderzoek staande de vergadering rapport kan worden uitgebracht. Ook met dit voorstel vereenigt de vergadering zich, waarna door den voor zitter wordt medegedeeld, dat voor het vervolg met de oproeping voor de Algemeene Vergadering zal worden medegedeeld welke leden door het bestuur zijn uitgenoodigd om op te treden als commissie voor het nazien der rekening en verantwoording van den penning meester. De begrooting voor 1896 wordt vervolgens voorgelezen en tot een bedrag van 1544 in ontvangst, en van ƒ1010 in uitgaaf goedge keurd, nadat den heeren Hessels en Vierkant inlichtingen waren verstrekt naar aanleiding van hunne vragen betreffende het bedrag, dat als vermoedelijk batig saldo is uitgetrokken. Minder vlot ging het met de verkiezing van een bestuurslid. Bij de eerste stemming werden bijna evenveel namen genoemd als er stemmen waren uitgebracht. Eene tweede stemming bezorgde de meeste stemmen aan de heeren Vierkant en de Vries, waarna de heer de Vries bij herstemming werd gekozen en zich na eenige aarzeling de gedane keuze liet welgevallen. De mededeeling van den voorzitter, dat de heer Boer, daarnaar gevraagd, zich heeft bereid verklaard om de redactie van het Tijd schrift ook over 1896 op zich te nemen, wordt met applaus begroet.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1896 | | pagina 18