50 In de tweede plaats zou van bekende absolute zekerheid" of van bekende onzekerheid" eerst sprake kunnen zijn na een tijdroovend en misschien kostbaar onderzoek, een onderzoek, niet enkel in de registers, maar ook en vooral daar buiten door belanghebbenden in te stellen vóór eiken koop, zelfs vóór elk bod dat zij op eene veiling misschien zouden willen doen, een onderzoek dat ook moest strekken om uit te maken of doorgehaalde hypotheken zijn teniet gegaan. En nu is het een feitdat dergelijk onderzoek bijna nooit wordt ingesteld en een vluchtig onderzoek die zekerheid niet geven kan. De hoofdbezwaren tegen het negatieve stelsel liggen niet in veel vuldige betwistbaarheid van den eigendom, doch hierin 1°. Aangezien men niet weet, waar en wanneer betwistbaarheid zich kan voordoen, is zelfs zeldzaam voorkomende betwistbaarheid oorzaak van algemeene onzekerheid. 2°. Voor het onderzoek, dat dientengevolge noodig is bij elke transactie, hangt het publiek af van de kostbare hulp van tusschen- personen, die voor dat onderzoek zelfs voor het nalaten ervan niet verantwoordelijk zijn. 3°. De belanghebbende kan dat onderzoek niet controleeren. Gaat men nu de verschillende verbeteringen na door de wetsont- werpers van 1860, 1870 en door de vergadering der Ned. Juristen- Vereeniging in 1893 gewenscht, dan ziet men dat deze niets ver mogen tegen de bovengenoemde drie hoofdbezwaren. Die verbeteringen hebben echter de strekking het positieve stelsel te naderenwat in het bijzonder het geval is met de twee volgende a. Men wenscht den invloed van vernietigingsactiën op de rechten van derden te beperken. Door die beperking zou dus de werking van het negatieve stelsel in de betrokken gevallen ten opzichte van de vervolgbaarheid van zakelijk recht dezelfde zijn als in het positieve. b. In de registers zullen aangeteekend worden feiten die op de handelingsbevoegdheid van rechthebbenden van invloed zijn (huwelijks voorwaarden, curateele, faillissement, enz.) met het rechtsgevolg dat de registers in de bedoelde gevallen geacht worden volledig te zijn, zoodat bij gemis van aanteekening de onbevoegdheid des vervreem- ders niet werkt tegen derden. Notaris A. Moll wenscht daartoe verschillende afzonderlijke registers te houden, de Staatscommissie

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1896 | | pagina 50